Jarenlang werd de strijd om het wereldkampioenschap in de F1 telkens gevoerd door twee grote tenoren. Senna-Prost, Hill-Schumacher of Alonso-Schumacher, telkens was reeds vroeg in het seizoen duidelijk dat 2 heren het onder elkaar zouden uitmaken. Vaak waren dan ook de teamgenoten vrij tot zeer gedienstig voor hun kopmannen. De overwinningen werden netjes verdeeld onder de titelkandidaten, met enkel her en der wat kruimels voor de anderen.
De laatste jaren zien we echter een iets meer open strijd. Méér dan 2 coureurs (Alonso/Hamilton/Raikkonen, Hamilton/Massa/Kubica, Button/Barrichello/Vettel) die vechten voor de titel, en veel meer verschillende winnaars in één seizoen. Dat maakt het de laatste jaren weer meer interessant. Een kentering, als het ware.
Het seizoen 2010 is de overtreffende trap van die kentering. Bij aanvang van het seizoen werd al duidelijk dat meerdere teams aanspraak konden maken op de titel, met Red Bull en Mercedes als winnaars van vorig jaar en Ferrari en McLaren die weer terug waren. Mercedes is ondertussen afgevallen, en ook Massa doet niet echt meer mee voor de titel, maar verder zijn er nog altijd 5 coureurs die goede kansen hebben op de titel. En alle vijf hebben ze wel hun redenen om te hopen op die ultieme bekroning ...
Mark Webber is dit jaar boven zichzelf uit gestegen. Frank Williams zei het in Monaco nog: "toen hij voor mij reed, dacht ik wel dat hij goed was, maar geen echte kampioen." Sinds hij vorig jaar z'n eerste race won, is hij vreselijk efficiënt en snel. Toch schat ik hem niet hoger in dan pakweg Jenson Button. Hij is goed, maar niet supergoed. Hij past niet in het rijtje van de grootsten, maar wel in dat van de groten. Hij is gerijpt, is een verstandig coureur, en maakt weinig fouten. Bovendien zit hij in de snelste auto van het veld. In dat opzicht verdient hij de wereldtitel. Als de titel naar de sterkste coureur gaat, wint Webber hem.
Sebastian Vettel zit in dezelfde auto en wordt algemeen aanvaard als één van de snelste, zoniet de snelste man van het veld. Puur op snelheid hoeft hij niemand te vrezen. De jonge Duitser geldt als een supertalent, en zelf had hij waarschijnlijk verwacht de numero uno te zijn van het Red Bull team. Daar stak Webber echter een stokje voor, waardoor Vettel onder druk kwam te staan. Daardoor maakte hij fouten in Turkije, Silverstone, Duitsland, Hongarije en Spa. Hij is dan misschien wel de snelste, op basis van z'n prestatie maakt hij echter weinig aanspraak op de titel. Als de titel naar de snelste coureur gaat, wint Vettel hem.
Lewis Hamilton is echter eveneens een supertalent. Een talent dat ondertussen rijper is geworden, na z'n eerste wereldtitel en het desastreus seizoen van vorig jaar. De Brit is snel en haalt alles uit z'n McLaren wat er in zit. Bovendien maakt hij zeer weinig fouten. Halverwege het seizoen leek het er op dat Hamilton het kampioenschap naar zich toe aan het trekken was, maar niets is minder waar, na 2 DNF's in Hongarije en Monza. Hij staat echter nog altijd tweede in het kampioenschap, en heeft dus een goede kans op de titel. Als de titel naar de beste coureur gaat, wint Hamilton hem.
Jenson Button valt te vergelijken met Webber: goed, maar niet groots. Hij is echter al wereldkampioen, en dat levert hem iets van interne rust op. Hij aardt goed bij McLaren en weet z'n mannetje te staan in een team dat volledig rond Hamilton is gebouwd. Bovendien is het een erg slimme coureur. Button kan de race 'overzien', en neemt de juiste beslissingen op het juiste moment. Bovendien heeft hij een erg rustige, precieze rijstijl die hem toelaat de banden vrij goed te sparen. Als de titel naar de slimste coureur gaat, wint Button hem.
Fernando Alonso rijdt z'n eerste seizoen voor Ferrari, en maakt gelijk kans op de titel. Na enkele goede races in het begin van het seizoen, zorgde een aantal blunders van hemzelf voor een minder goede reeks. Zo was er de jump start in China en de crash in de trainingen in Monaco. Ook de mindere races in Silverstone en Turkije zorgden voor puntenverlies. Winnen deed hij in Bahrein, Duitsland en Italië. Bovendien werden er podiumplaatsen gescoord in Australië, Spanje, Hongarije en Canada, waar hij had kunnen winnen. Bovendien valt de schade altijd nogal mee: zowel in China als in Monaco werden toch nog punten gescoord. Als de titel naar de beste all-rounder gaat, wint Alonso hem.
Met nog 5 races te gaan, en dus nog 125 punten te verdelen, staan de vijf heren op minder dan 25 punten van elkaar. We kunnen ons dus opmaken voor een ongelooflijk seizoenseinde !
De laatste jaren zien we echter een iets meer open strijd. Méér dan 2 coureurs (Alonso/Hamilton/Raikkonen, Hamilton/Massa/Kubica, Button/Barrichello/Vettel) die vechten voor de titel, en veel meer verschillende winnaars in één seizoen. Dat maakt het de laatste jaren weer meer interessant. Een kentering, als het ware.
Het seizoen 2010 is de overtreffende trap van die kentering. Bij aanvang van het seizoen werd al duidelijk dat meerdere teams aanspraak konden maken op de titel, met Red Bull en Mercedes als winnaars van vorig jaar en Ferrari en McLaren die weer terug waren. Mercedes is ondertussen afgevallen, en ook Massa doet niet echt meer mee voor de titel, maar verder zijn er nog altijd 5 coureurs die goede kansen hebben op de titel. En alle vijf hebben ze wel hun redenen om te hopen op die ultieme bekroning ...
Mark Webber is dit jaar boven zichzelf uit gestegen. Frank Williams zei het in Monaco nog: "toen hij voor mij reed, dacht ik wel dat hij goed was, maar geen echte kampioen." Sinds hij vorig jaar z'n eerste race won, is hij vreselijk efficiënt en snel. Toch schat ik hem niet hoger in dan pakweg Jenson Button. Hij is goed, maar niet supergoed. Hij past niet in het rijtje van de grootsten, maar wel in dat van de groten. Hij is gerijpt, is een verstandig coureur, en maakt weinig fouten. Bovendien zit hij in de snelste auto van het veld. In dat opzicht verdient hij de wereldtitel. Als de titel naar de sterkste coureur gaat, wint Webber hem.
Sebastian Vettel zit in dezelfde auto en wordt algemeen aanvaard als één van de snelste, zoniet de snelste man van het veld. Puur op snelheid hoeft hij niemand te vrezen. De jonge Duitser geldt als een supertalent, en zelf had hij waarschijnlijk verwacht de numero uno te zijn van het Red Bull team. Daar stak Webber echter een stokje voor, waardoor Vettel onder druk kwam te staan. Daardoor maakte hij fouten in Turkije, Silverstone, Duitsland, Hongarije en Spa. Hij is dan misschien wel de snelste, op basis van z'n prestatie maakt hij echter weinig aanspraak op de titel. Als de titel naar de snelste coureur gaat, wint Vettel hem.
Lewis Hamilton is echter eveneens een supertalent. Een talent dat ondertussen rijper is geworden, na z'n eerste wereldtitel en het desastreus seizoen van vorig jaar. De Brit is snel en haalt alles uit z'n McLaren wat er in zit. Bovendien maakt hij zeer weinig fouten. Halverwege het seizoen leek het er op dat Hamilton het kampioenschap naar zich toe aan het trekken was, maar niets is minder waar, na 2 DNF's in Hongarije en Monza. Hij staat echter nog altijd tweede in het kampioenschap, en heeft dus een goede kans op de titel. Als de titel naar de beste coureur gaat, wint Hamilton hem.
Jenson Button valt te vergelijken met Webber: goed, maar niet groots. Hij is echter al wereldkampioen, en dat levert hem iets van interne rust op. Hij aardt goed bij McLaren en weet z'n mannetje te staan in een team dat volledig rond Hamilton is gebouwd. Bovendien is het een erg slimme coureur. Button kan de race 'overzien', en neemt de juiste beslissingen op het juiste moment. Bovendien heeft hij een erg rustige, precieze rijstijl die hem toelaat de banden vrij goed te sparen. Als de titel naar de slimste coureur gaat, wint Button hem.
Fernando Alonso rijdt z'n eerste seizoen voor Ferrari, en maakt gelijk kans op de titel. Na enkele goede races in het begin van het seizoen, zorgde een aantal blunders van hemzelf voor een minder goede reeks. Zo was er de jump start in China en de crash in de trainingen in Monaco. Ook de mindere races in Silverstone en Turkije zorgden voor puntenverlies. Winnen deed hij in Bahrein, Duitsland en Italië. Bovendien werden er podiumplaatsen gescoord in Australië, Spanje, Hongarije en Canada, waar hij had kunnen winnen. Bovendien valt de schade altijd nogal mee: zowel in China als in Monaco werden toch nog punten gescoord. Als de titel naar de beste all-rounder gaat, wint Alonso hem.
Met nog 5 races te gaan, en dus nog 125 punten te verdelen, staan de vijf heren op minder dan 25 punten van elkaar. We kunnen ons dus opmaken voor een ongelooflijk seizoenseinde !
Comment