CITROËN RIJDT DOOR OP DRIE WIELEN
Een wiel op elke hoek van een auto is wel zo prettig. Vraag dat maar aan Reliant Robin-rijders met een sportieve rijstijl. Bij Citroën was het lange tijd echter niet strikt noodzakelijk om ze er allemaal op te hebben om door te kunnen rijden. Dat was niet zomaar een gimmick, maar soms zelfs levensreddend!
Citroën liet de wereld in 1955 versteld staan met de DS. Een auto die niet alleen baanbrekend was qua ontwerp, maar zeker ook qua techniek. Welke autoliefhebber is er niet bekend met de bij het starten 'opstijgende' Citroëns? Het was één van de vele bijzondere aspecten van het hydropneumatische veersysteem. Dat debuteerde officieel nog net (deels) in de Traction Avant en kwam bij de DS op volle kracht tot uiting. Het zelfregulerende systeem gebruikte lucht én olie in 'veerbollen' om de auto in de lucht te krijgen, houden én tijdens het rijden oneffenheden zo comfortabel mogelijk op te vangen.
Hoewel het niet vrij van problemen bleek, was het voor Citroën wel decennialang de maatstaf voor haar hoger in de markt geplaatste modellen. Doorontwikkelingen zorgden ervoor dat kinderziektes zoveel mogelijk verdwenen, bij de CX was het al veel minder vatbaar voor problemen dan bij de DS. Hoe dan ook, het weggedrag van de Citroëns was er ongeëvenaard door. Als een 'vliegend tapijt' boven het asfalt glijden, je moet het ooit hebben meegemaakt. Moderne luchtveringssystemen (waarop Citroën zelf ook is overgestapt) bootsen dit na, maar het originele concept blijft toch ongeëvenaard.
Een bijzondere eigenschap van het systeem - bedenk je dat dit in 1955 op de markt kwam - is dat het holistisch werkt. Dat wil zeggen; het zorgt ervoor dat de gehele auto zoveel mogelijk vlak gehouden wordt. Bij een kuil in de weg zakt één wiel daarin, maar blijft het tegenovergestelde wiel op een kleinere afstand van de koets, zodat de neus of kont van de auto vlak blijft. De snelheid waarmee dit werkt, zorgt ervoor dat dergelijke oneffenheden amper gemerkt worden door de inzittenden. Dat het systeem zo werkt, brengt ons bij het hoofdonderwerp van dit artikel: het rijden op drie wielen.
Met een wiel minder
Het veersysteem werkt dermate goed rond de auto, dat niet alleen een kuil wordt opgevangen, maar zelfs een lekke band of het volledig ontbreken van een wiel. De hoek waar het mis is gegaan, wordt ontzien en zoveel mogelijk van de grond gehouden. Volgens de ontwerper van het systeem, Paul Màges, was deze eigenschap vooral handig bij een lekke band en het ontbreken van een reservewiel. Het volledig missen van een wiel gaat natuurlijk nog wel even een stap verder. Toch is het in beide gevallen mogelijk om door te rijden met een Citroën met de hydropneumatische vering. Bij de overige wielen wijzigt de rijhoogte en de druk in de bollen dermate dat het ontbreken van één van de hoeken wordt opgevangen. Uiteraard wordt doorrijden met een probleem aan één van de voorwielen wel een iets lastiger verhaal, aangezien de wielen daar ook de sturende en aandrijvende werking hebben. Hoe dan ook; staat een band plat of loopt er zelfs eentje af, dan zal de Citroën niet zomaar schurend en schavend tot stilstand komen. Uiteraard werkt dit niet alleen op de DS, maar ook op latere modellen met de hydropneumatische vering, zoals bijvoorbeeld de GS en de BX.
De Gaulle
Dat deze handigheid in de praktijk kan helpen, werd enkele jaren na de introductie van de DS héél duidelijk. In 1962 was er een groepje gekken dat vond dat de Franse president Charles de Gaulle met behulp van een machinegeweer uit het ambt moest worden gezet. Op 22 augustus van dat jaar werd in Parijs het vuur geopend op de auto waar De Gaulle en zijn vrouw in zaten. De auto was de presidentiële DS van De Gaulle. De aanvallers slaagden erin om de achterruit én alle banden van de DS kapot te schieten. Ondanks de leeglopende rubbers, snelde de DS er als een gek vandoor en wisten de president en zijn vrouw de aanslag te overleven. Het veersysteem had ervoor gezorgd dat de auto onder controle te houden bleef en nog snelheid kon maken.
Later verklaarde De Gaulle dat de DS zijn leven had gered. De Fransman zorgde er als president later mede voor dat Citroën niet overgenomen werd door de Italianen (Fiat) en dat het bedrijf niet op de fles ging. Naar verluidt speelde zijn door dit voorval sterk gegroeide liefde voor Citroën hierbij mee. Overigens is in de film 'The Day of the Jackall' uit 1973 de aanslag op De Gaulle nagedaan.
Een wiel op elke hoek van een auto is wel zo prettig. Vraag dat maar aan Reliant Robin-rijders met een sportieve rijstijl. Bij Citroën was het lange tijd echter niet strikt noodzakelijk om ze er allemaal op te hebben om door te kunnen rijden. Dat was niet zomaar een gimmick, maar soms zelfs levensreddend!
Citroën liet de wereld in 1955 versteld staan met de DS. Een auto die niet alleen baanbrekend was qua ontwerp, maar zeker ook qua techniek. Welke autoliefhebber is er niet bekend met de bij het starten 'opstijgende' Citroëns? Het was één van de vele bijzondere aspecten van het hydropneumatische veersysteem. Dat debuteerde officieel nog net (deels) in de Traction Avant en kwam bij de DS op volle kracht tot uiting. Het zelfregulerende systeem gebruikte lucht én olie in 'veerbollen' om de auto in de lucht te krijgen, houden én tijdens het rijden oneffenheden zo comfortabel mogelijk op te vangen.
Hoewel het niet vrij van problemen bleek, was het voor Citroën wel decennialang de maatstaf voor haar hoger in de markt geplaatste modellen. Doorontwikkelingen zorgden ervoor dat kinderziektes zoveel mogelijk verdwenen, bij de CX was het al veel minder vatbaar voor problemen dan bij de DS. Hoe dan ook, het weggedrag van de Citroëns was er ongeëvenaard door. Als een 'vliegend tapijt' boven het asfalt glijden, je moet het ooit hebben meegemaakt. Moderne luchtveringssystemen (waarop Citroën zelf ook is overgestapt) bootsen dit na, maar het originele concept blijft toch ongeëvenaard.
Een bijzondere eigenschap van het systeem - bedenk je dat dit in 1955 op de markt kwam - is dat het holistisch werkt. Dat wil zeggen; het zorgt ervoor dat de gehele auto zoveel mogelijk vlak gehouden wordt. Bij een kuil in de weg zakt één wiel daarin, maar blijft het tegenovergestelde wiel op een kleinere afstand van de koets, zodat de neus of kont van de auto vlak blijft. De snelheid waarmee dit werkt, zorgt ervoor dat dergelijke oneffenheden amper gemerkt worden door de inzittenden. Dat het systeem zo werkt, brengt ons bij het hoofdonderwerp van dit artikel: het rijden op drie wielen.
Met een wiel minder
Het veersysteem werkt dermate goed rond de auto, dat niet alleen een kuil wordt opgevangen, maar zelfs een lekke band of het volledig ontbreken van een wiel. De hoek waar het mis is gegaan, wordt ontzien en zoveel mogelijk van de grond gehouden. Volgens de ontwerper van het systeem, Paul Màges, was deze eigenschap vooral handig bij een lekke band en het ontbreken van een reservewiel. Het volledig missen van een wiel gaat natuurlijk nog wel even een stap verder. Toch is het in beide gevallen mogelijk om door te rijden met een Citroën met de hydropneumatische vering. Bij de overige wielen wijzigt de rijhoogte en de druk in de bollen dermate dat het ontbreken van één van de hoeken wordt opgevangen. Uiteraard wordt doorrijden met een probleem aan één van de voorwielen wel een iets lastiger verhaal, aangezien de wielen daar ook de sturende en aandrijvende werking hebben. Hoe dan ook; staat een band plat of loopt er zelfs eentje af, dan zal de Citroën niet zomaar schurend en schavend tot stilstand komen. Uiteraard werkt dit niet alleen op de DS, maar ook op latere modellen met de hydropneumatische vering, zoals bijvoorbeeld de GS en de BX.
De Gaulle
Dat deze handigheid in de praktijk kan helpen, werd enkele jaren na de introductie van de DS héél duidelijk. In 1962 was er een groepje gekken dat vond dat de Franse president Charles de Gaulle met behulp van een machinegeweer uit het ambt moest worden gezet. Op 22 augustus van dat jaar werd in Parijs het vuur geopend op de auto waar De Gaulle en zijn vrouw in zaten. De auto was de presidentiële DS van De Gaulle. De aanvallers slaagden erin om de achterruit én alle banden van de DS kapot te schieten. Ondanks de leeglopende rubbers, snelde de DS er als een gek vandoor en wisten de president en zijn vrouw de aanslag te overleven. Het veersysteem had ervoor gezorgd dat de auto onder controle te houden bleef en nog snelheid kon maken.
Later verklaarde De Gaulle dat de DS zijn leven had gered. De Fransman zorgde er als president later mede voor dat Citroën niet overgenomen werd door de Italianen (Fiat) en dat het bedrijf niet op de fles ging. Naar verluidt speelde zijn door dit voorval sterk gegroeide liefde voor Citroën hierbij mee. Overigens is in de film 'The Day of the Jackall' uit 1973 de aanslag op De Gaulle nagedaan.
Comment