LANCIA Lovers

[The Pretender]

[Jocar]

LANCIA BETA (1972-1984)

Na de Lancia Flavia die al sinds 1960 werd geleverd, vormde de Beta van 1972 een rigoureuze modernisering. Dat had trouwens mede met de overname van Fiat te maken, want dat merk had Lancia al in 1969 ingelijfd en de Beta was de eerste auto die onder het nieuwe regime het licht zag. Het was een moderne vierwieler met Fiat-viercilinder met dubbele bovenliggende nokkenassen, onafhankelijke wielophanging rondom, een dwarsgeplaatste versnellingsbak en schijfremmen op alle vier de wielen. Aandrijving was net als bij de Flavia op de voorwielen en de vermogens liepen uiteen van 82 tot 122 pk.
Wegligging en prestaties waren dan ook in orde; de kwaliteit van het staal en de lak was minder superieur en dat zorgde voor de nodige hoofdbrekens, want veel klanten zagen al na een jaar roestplekken op hun nieuwe Beta verschijnen. Vanaf 1978 is er elektronische ontsteking en datzelfde jaar werd een automaat leverbaar. Al een jaar na de sedan verscheen er een ranke Coupé en weer een jaar later kwam er van die versie een Spider.
Het chassis van die twee auto’s werd met 19 centimeter ingekort ten opzichte van de sedan. Heel apart was de Beta HPE van 1975. Deze stond op het oningekorte chassis, maar had net als de Coupé en Spider twee deuren, of eigenlijk: drie. Want de achterklep deed eveneens dienst als portier. In 1980 verschijnt de vierdeurs Beta Trevi met een door Pininfarina ontworpen achterzijde. Tot slot was er de Montecarlo-uitvoering – de meest sportieve van alle Beta’s. Voor deze uitvoering was de viercilinder naar achteren verhuisd. De Montecarlo is eigenlijk altijd al een liefhebbersauto geweest; voor de Coupé en Spider geldt dat zeker de laatste jaren ook. De HPE is een sterke runner-up, want zijn stationachtige vorm spreekt de laatste tijd zeer tot de verbeelding. De enige versie die eigenlijk nog altijd niet echt veel liefhebbers kent, is de gewone Beta sedan. Daar werden er wel het meest van gebouwd (bijna 195.000 stuks). Meest gewild zijn de Volumex-uitvoeringen die van een supercharger zijn voorzien.

[Jocar]

[The Pretender]

Lancia by Max Shershnev.

[The Pretender]

[The Pretender]

[The Pretender]

[Jocar]

LANCIA DELTA (1979-1993)

Het exclusieve Lancia is concernmoeder Fiat iets tè exclusief, en daarom wordt het merk in 1979 naar onderen uitgebreid. Met een lengte van 3,88 m valt de nieuwe Delta in het Golf-segment en moet voor de nodige extra omzetgroei zorgen bij het prestigieuze merk. De Delta is gebaseerd op de Fiat Ritmo en logischerwijze ook uitgerust met van de Ritmo afkomstige, zeer stille motoren, die echter wel eerst door Lancia onder handen zijn genomen: de 1300 levert 75 pk, de 1500 85 pk. Net als zijn concerngenoot is de Delta voorwielaangedreven.
Het ontwerp is van de hand van Giugiaro, in samenwerking met Lancia’s eigen designcentrum. Net als de Alfasud heeft de Delta een kleine, onder de achterruit scharnierende kofferklep. De wagens zijn compleet uitgerust en goed afgewerkt. Dat vindt uiteraard zijn neerslag in de prijzen, die op het niveau van de duurdere Golf-uitvoeringen liggen.
In 1983 volgt de HF turbo, met een geblazen 1.585 cc viercilinder van 130 pk. Pas met de introductie in 1986 van de vierwielaangedreven HF 4WD ofwel de Integrale (met een van injectie voorziene 1.995 cc turbomotor en 165 pk) wordt de Delta echt serieus genomen. Met deze auto betreedt Lancia in 1987 het WK Rallye en wint meteen het eerste seizoen. Dat succes wordt in 1988 tot en met 1992 herhaald, wat de potentie van de Delta’s bewijst. Uiteraard evolueert de HF Integrale met het verstrijken van de jaren. In 1987 beschikt de 1.995 cc 8-kleps turbomotor nog over 185 pk; de laatste Evoluzione 2 heeft een 16-kleps motor met 215 pk onder de motorkap. Ook het uiterlijk is flink veranderd, met uitgeklopte wielkasten voor de grotere spoorbreedte en de nodige spoilers rondom.
De productie van de Delta eindigt in 1993. De Integrale wordt nog een jaar doorgebouwd.

[Jocar]

[Jocar]

LANCIA FLAMINIA (1957-1970)

Naast sportieve auto’s, heeft Lancia ook altijd limousines gebouwd, en de Flaminia van 1957 was daar een prachtig voorbeeld van. Vernoemd naar de weg die tussen Rome en Rimini loopt – de Via Flaminia – was deze auto weliswaar gedeeltelijk gebaseerd op de Aurelia, maar niettemin dusdanig aangepakt dat er ook onderhuids van een zo goed als compleet nieuwe auto kon worden gesproken. Met onafhankelijke wielophanging vooraan, een 2.5 liter V6 met 102 pk en, kort na de introductie, schijfremmen was hij modern qua techniek. En ook voor de vormgeving gold hetzelfde. De vierdeurs Berlina was getekend door Pininfarina, en twee jaar na de introductie was het eveneens Pininfarina die voor de lijnen van de coupe garant stond. Die auto stond op een ingekort onderstel, was nog luxer uitgevoerd en een tikkeltje sneller bovendien. Los van Pininfarina’s standaarduitvoeringen kon er naar goed Italiaans gebruik ook een rollend chassis worden besteld, om die bij een carrosseriebouwer naar keuze af te leveren. Zodoende verschenen er exotische creaties van koetsbouwers als Touring, Boneschi, Vignale en Ghia. Sommige varianten, zoals de Sportversie van Zagato, werden in (beperkte) serie aan de man gebracht. Noemenswaardig zijn ook de presidentiele limousines die op basis van Flaminia’s verschenen. Ook deze werden door Pininfarina ontworpen en gebouwd, en kwamen met een verlengde wielbasis van 355 centimeter. Er werden er niet meer dan vier gebouwd en ze kregen stuk voor stuk een eigen naam: Belsito, Belmonte, Belvedere en Belfiore. De 2.5 liter-motor was in eerste instantie uitgerust met een enkele carburateur, maar door dat te veranderen nam het vermogen steeds verder toe. In 1964 werd de 2.5 liter V6 vervangen door een versie met een inhoud van 2.8 liter, en steeg het vermogen door naar 129, en nog wat later zelfs naar 152 pk voor de sportieve uitvoeringen. Pas na dertien jaar staakte Lancia de productie van de Flaminia. Tegen die tijd waren er in totaal 12.633 exemplaren gebouwd. Het is opmerkelijk dat de coupeversie qua verkoopaantallen de sedan overschreed: van die eerste werden er 5.284 gemaakt, terwijl de Berlina het met 3.943 stuks moest doen.

[The Pretender]

Lancia Ypsilon Sport Concept car. (2005)

[elio]

Lancia Thesis meeting december 2010 in Wijk aan Zee

[Jocar]

Nog een paar Flamina's,

[kevin_krystofiak]

Eigenlijk kan FCA toch perfect Lancia een weg opsturen zoals volvo dat met polestar doet? Luxe sportievere auto’s bouwen met een eigen identiteit die gebouwd kunnen worden in de italiaanse fabrieken ... dat is wat de huidige plannen zijn met de italiaanse fabrieken zodus?

[The Pretender]

Eigenlijk kan FCA toch perfect Lancia een weg opsturen zoals volvo dat met polestar doet? Luxe sportievere auto’s bouwen met een eigen identiteit die gebouwd kunnen worden in de italiaanse fabrieken ... dat is wat de huidige plannen zijn met de italiaanse fabrieken zodus?

Duitse bron schrijft over terugkeer Lancia Delta HF Integrale.

https://www.autoedizione.nl/duitse-b...-hf-integrale/

[Jocar]

LANCIA FLAVIA (1960-1970)

Op de Salon van Turijn presenteert Lancia in 1960 haar eerste model met voorwielaandrijving, de Flavia. Niet alleen voor Lancia een primeur – het is de eerste in serie gebouwde Italiaanse auto met aandrijving op de voorwielen. Zoals gebruikelijk bij het vooruitstrevende Lancia is de technische trukendoos weer opengetrokken. Ingenieur Antonio Fessia tekent voor het ongewone concept met een ver naar voren – nog vóór de vooras – geplaatste viercilinder boxermotor (eveneens een primeur voor een Italiaanse auto).
De Flavia is standaard uitgerust met schijfremmen rondom en een handgeschakelde vierversnellingsbak met bedieningshendel aan de stuurkolom. De compacte 1,5-liter boxer levert 78 pk; in de enkele jaren later (1962) gepresenteerde Flavia Coupé (van Pininfarina) en vierzits cabriolet (van Vignale) wordt een variant met 90 pk gemonteerd. De 1.190 kg zware sedan haalt met zijn 78 pk een topsnelheid van 160 km/h. Het hoekige design van de vierdeurs berlina is op zijn zachtst gezegd opvallend; de dubbele ronde koplampen en de prominente grille verwijzen naar klassieke Lancia-modellen. Ook het dashboard is apart gestileerd, met een reeks schakelaars linksonder het stuurwiel. Kritiek is er op het in verhouding tot het gewicht geringe vermogen en de hoge prijs.
Volgens insiders is Fessia de mening toegedaan dat snelle auto’s onveilig zijn, en heeft de Flavia om die reden geen snelle motor gekregen. Vanaf 1963 heeft de 1,5-liter een iets kleinere cilinderinhoud maar wel twee pk extra. In 1967 krijgt de Flavia een grondige restyling, de Serie 2 is geboren. Productie van de Serie 1 alsmede de cabriolet eindigt. In 1970 volgt de derde generatie. Die draagt niet meer de naam Flavia maar heet 2000.

[Jocar]

[Jocar]

LANCIA FULVIA (1963-1976)

Als Lancia de Fulvia onthult op de autosalon van Genève in 1963 is het merk nog onafhankelijk, maar halverwege de productieperiode van de Fulvia (in 1969) wordt Lancia ingelijfd door Fiat. Lancia maakte voor de oorlog al gebruik van V4-motoren, maar het exemplaar dat voor de Fulvia wordt ontwikkeld, is helemaal nieuw. Het compacte aluminium blok is ver naar voren in de carrosserie geplaatst onder een hoek van 45 graden en blijkt eindeloos op te kunnen worden gevoerd. De eerste Fulvia Berlina komt met 1098 cc en is goed voor 58 pk, maar later dat jaar komt er al een versie met dubbele Solex-carburateurs die 71 pk levert. De Berlina GT van 1967 is opgeboord naar 1216 cc en levert in die hoedanigheid 80 pk. Weer een jaar later volgt de GTE met 1298 cc en 87 pk en die krijgt gelijk bekrachtigde remmen. In 1969 wordt de auto gefacelift en krijgt hij de aanduiding ‘Serie 2’. De wielbasis wordt voor dit model een tikkeltje verlengd en hij is er al snel met vijfversnellingsbak.
Tussentijds wordt ook de Coupé geïntroduceerd in 1965. Ten opzichte van de sedan is het onderstel van die auto met vijftien centimeter ingekort. Onder de opvallend gelijnde motorkap staat nu een 1231 cc versie die 80 pk levert. Een 88 pk sterke versie komt nog datzelfde jaar en die heet Coupe HF. Naast meer vermogen beschikt de HF ook over aluminium deuren, motorkap en kofferdeksel en zijn de zijruitjes en de achterruit van kunststof. Eind jaren zestig, begin zeventig weet de Fulvia Coupé als rallyauto het leven van veel krachtigere auto’s zuur te maken. Hij schrijft het internationaal rallykampioenschap van 1972 op zijn naam en plaveit de weg voor nog veel meer Lancia-overwinningen. Naar aanleiding van de rallysuccessen verschijn verschillende speciale uitvoeringen. Vanaf 1971 is er de Rallye 1.3 HF met 101 pk en de Rallye 1.3 S met 92 pk. De Rallye 1.6 HF tenslotte meet 1584 cc en is goed voor 115 pk. Lancia’s Fulvia zijn nog altijd zeer betaalbaar, al is de Fulvia Sport een uitzondering op die regel. Deze versie kwam met een fraaie carrosserie van Zagato – geheel uit aluminium - en kon worden uitgerust met verschillende uitvoeringen van de roemruchte V4. In 1976 rolt de laatste Coupé van de band. De productie van de Berlina en de Sport is dan al vier jaar eerder gestopt.

[Jocar]

[Jocar]

'MAKE LANCIA GREAT AGAIN'

'RESTOMOD' LANCIA DELTA INTEGRALE OP KOMST

Ongetwijfeld geïnspireerd door het enthousiasme waarmee de Porsches van Singer worden onthaald, laat het Italiaanse Automobili Amos binnenkort de legendarische Lancia Delta Integrale herleven.

Net als die Singer-Porsches is het de bedoeling dat de 'nieuwe' Integrales een mooie mix zijn tussen klassieke en hedendaagse elementen, zodat er als het ware een betere versie van het origineel ontstaat. Voor de 'nieuwe' Delta's dienen originele exemplaren als basis, maar om liefhebbers niet teveel tegen het hoofd te stoten gebruikt het bedrijf naar verluidt Integrale's 16V als basis in plaats van de nog zeldzamere Evoluzione, al zal ook het 'opofferen' van een 16V niet bij iedereen lekker vallen.

Veel meer dan deze informatie en de bijgevoegde afbeeldingen is er helaas nog niet bekend over deze bijzondere Lancia. Ongetwijfeld maakt de Delta kennis met meer motorvermogen en een gemoderniseerd, dus beter onderstel, dito besturing en wat uiterlijke wijzigingen. Bijzonder is alvast dat de achterdeuren het onderspit lijken te delven. Hoewel de lange, opgesplitste achterruit nog hint naar wat ooit was, beschikt deze Delta over slechts drie portieren. Automobili Amos is een bedrijf van autocoureur en verzamelaar Eugenio Amos, die z'n bevindingen op instagram kenbaar maakt onder de noemer 'Make Lancia Great Again'.