HOE DE RANGE ROVER DE HIGH SOCIETY UIT DE DREK HIELP
TOT 25 JAAR GELEDEN BIJZONDER CONCEPT
Het was natuurlijk geen gezicht dat de leden van de high society met hun Jaguar of Rolls-Royce op weg naar hun landgoed vast kwamen te zitten in de modder en vervolgens door hun personeel met een Land Rover moesten worden losgetrokken. Gelukkig kwam er een oplossing: de Range Rover. Een dergelijke dikke SUV die uitpuilt van de luxe en verwennerij is nu vrij normaal, maar om te ervaren hoe bijzonder het concept was tot pak hem beet 25 jaar geleden gaan we weer eens op pad met een Range Rover van de eerste generatie.
Tot in de jaren 70 was de terreinwagen een utilitair gebruiksvoorwerp voor militairen en boeren. De term SUV moest sowieso nog worden uitgevonden door de marketeers. Ook bij de beter gesitueerden stond een vierwielaangedreven alleskunner hoog op de wensenlijst, maar hij moest natuurlijk wel stijlvol zijn. Daar wrong de schoen. De verlossing voor de financiële toplaag kwam er in de vorm van de Range Rover. Hiermee kon je comfortabel naar Ascot rijden en vanaf je zetel neerkijken op het volk.
Idee Range Rover ontstond al in jaren 50
Is de Range Rover daarom een elitair vervoermiddel? Ja, natuurlijk, en tegelijkertijd een van de meest sublieme auto’s ooit. De klasse van een Rolls of Jaguar in combinatie met de terreincapaciteiten van een echte Land Rover: geen wonder dat Range Rover-bezitters door veel mensen worden benijd. Het idee voor een tweede, luxueuzer model wordt bij Rover al begin jaren 50 geboren, als de Serie 1 van de Land Rover nog door de wereld strompelt, nieuwe gebieden ontdekt en verovert. Ja, dat is een goed plan, zo wordt besloten onder het genot van een kopje thee met melk. De koe wordt echter niet bij de horens gevat. Op het moment dat Jeep in 1963 met de Wagoneer de eerste luxe terreinwagen op de markt brengt, hebben ze in Groot-Brittannië nog een paar jaar nodig om het concept van de achterwielaangedreven Road Rover door te ontwikkelen tot de Range Rover, een auto voor mensen die uitsluitend hun personeel met Land Rovers laten rijden.
Een vroeg prototype, nog Velar genoemd, een naam die inmiddels ook op een model staat van de inmiddels zeer breed uitgedijde Range Rover-familie.
Passende motor gevonden bij Buick
Voor het nieuwe luxepaard moeten de Britten echter wel op zoek naar een passende motorisering, die ze uiteindelijk in de Verenigde Staten vinden bij Buick. Het Amerikaanse merk heeft een aluminium V8-motor in de aanbieding, die oorspronkelijk werd ontwikkeld om speedboten aan te drijven. Aan deze kant van de grote plas overleeft hij talrijke naamsveranderingen en eigenaarswisselingen bij British Motor Corporation. Hij is vanaf 1967 onder de motorkap van diverse modellen te vinden en vindt in 2005 samen met MG Rover zijn Waterloo. Vijfendertig jaar daarvoor vormt hij de ideale motorisering voor de Range Rover, die in eerste instantie alleen als tweedeurs op de markt komt.
Een Range Rover van Monteverdi, dat al een vijfdeurs maakte voordat Land Rover het zelf deed.
Pas in 1981 officieel als vijfdeurs
Terwijl carrosseriebouwers als Monteverdi al snel vierdeurs versies van de Range Rover lanceren, ziet de Land Rover Leyland Group pas in 1981 kans om een dergelijke uitvoering in productie te nemen. Ook met facelifts is het bedrijf niet bepaald scheutig. Geen wonder dus dat ook het exemplaar uit 1990 dat op deze pagina te zien is nog gebruik maakt van de techniek van de vroege modellen. Al die tijd is onder de motorkap de V8 met Amerikaanse genen te vinden, die bij de latere Range Rover Classics wordt opgeboord van 3,5 naar 4,2 liter en dan goed is voor 202 pk. Het vermogen wordt permanent doorgegeven aan alle vier de wielen, waarbij een sperbaar middendifferentieel toerentalverschillen wegneemt. Voor inzet buiten de gebaande paden kun je bovendien vertrouwen op een lage gearing. Samen met de starre assen die een grote wieluitslag mogelijk maken, is hij daarmee goed bewapend voor offroadwerk, bijvoorbeeld voor de bosweg waarop wij met de Range aan het rijden zijn. Links naast ons loopt een rivier, rechts zien we een steile rotswand en voor ons doemt een serieuze helling op die bezaaid is met kiezels. We hoeven alleen maar even te stoppen, de automaat in N te zetten, de lage gearing te kiezen en de eerste versnelling in te leggen.
De V8 gromt even op het moment dat de twee ton zware auto zich in beweging zet. Vervolgens rijdt de auto simpelweg naar boven, keert boven en dendert de helling weer af op een manier alsof hij hem met de grond gelijk probeert te maken. De bestuurder kan zich daarbij het best zo weinig mogelijk met de gang van zaken bemoeien. Een beetje sturen en gas geven is voldoende, de rest wordt geregeld door de vierwielaandrijving en de automaat. In het terrein schakelt die overigens passender dan op asfalt. Onroad wacht de viertrapsautomaat lang met terugschakelen en schakelt hij veel te laat op. Bovendien gaat een groot deel van het motorvermogen verloren in de koppelomvormer. Dat verklaart ook het stabiele brandstofverbruik, dat zich eveneens op hoog niveau bevindt.
Het karakter van de achtcilinder past perfect bij deze auto. Die is vooral op comfort gericht, want sportieve ambities had de Range nooit. En bochten ziet hij als een noodzakelijk kwaad; de deftige Brit heeft hoofdzakelijk rechtlijnige opvattingen. Dat geldt ook voor de vormgeving – het licht ogende interieur is ingericht met krakende met leer beklede zetels en het instrumentarium lijkt op een soort kijkdoos. De bediening is soms behoorlijk verwarrend, terwijl de elektromotoren voor de stoelverstelling, raambediening en buitenspiegels hun beste tijd duidelijk achter zich hebben. Hij wordt wel oud op een stijlvolle manier, als was het een waxjas van Barbour. De Range Rover was niet de eerste luxe terreinwagen, maar wel de eerste luxe auto waarmee je het terrein in kon.
In 1994 kreeg de Range Rover een flinke opknapbeurt.
TOT 25 JAAR GELEDEN BIJZONDER CONCEPT
Het was natuurlijk geen gezicht dat de leden van de high society met hun Jaguar of Rolls-Royce op weg naar hun landgoed vast kwamen te zitten in de modder en vervolgens door hun personeel met een Land Rover moesten worden losgetrokken. Gelukkig kwam er een oplossing: de Range Rover. Een dergelijke dikke SUV die uitpuilt van de luxe en verwennerij is nu vrij normaal, maar om te ervaren hoe bijzonder het concept was tot pak hem beet 25 jaar geleden gaan we weer eens op pad met een Range Rover van de eerste generatie.
Tot in de jaren 70 was de terreinwagen een utilitair gebruiksvoorwerp voor militairen en boeren. De term SUV moest sowieso nog worden uitgevonden door de marketeers. Ook bij de beter gesitueerden stond een vierwielaangedreven alleskunner hoog op de wensenlijst, maar hij moest natuurlijk wel stijlvol zijn. Daar wrong de schoen. De verlossing voor de financiële toplaag kwam er in de vorm van de Range Rover. Hiermee kon je comfortabel naar Ascot rijden en vanaf je zetel neerkijken op het volk.
Idee Range Rover ontstond al in jaren 50
Is de Range Rover daarom een elitair vervoermiddel? Ja, natuurlijk, en tegelijkertijd een van de meest sublieme auto’s ooit. De klasse van een Rolls of Jaguar in combinatie met de terreincapaciteiten van een echte Land Rover: geen wonder dat Range Rover-bezitters door veel mensen worden benijd. Het idee voor een tweede, luxueuzer model wordt bij Rover al begin jaren 50 geboren, als de Serie 1 van de Land Rover nog door de wereld strompelt, nieuwe gebieden ontdekt en verovert. Ja, dat is een goed plan, zo wordt besloten onder het genot van een kopje thee met melk. De koe wordt echter niet bij de horens gevat. Op het moment dat Jeep in 1963 met de Wagoneer de eerste luxe terreinwagen op de markt brengt, hebben ze in Groot-Brittannië nog een paar jaar nodig om het concept van de achterwielaangedreven Road Rover door te ontwikkelen tot de Range Rover, een auto voor mensen die uitsluitend hun personeel met Land Rovers laten rijden.
Een vroeg prototype, nog Velar genoemd, een naam die inmiddels ook op een model staat van de inmiddels zeer breed uitgedijde Range Rover-familie.
Passende motor gevonden bij Buick
Voor het nieuwe luxepaard moeten de Britten echter wel op zoek naar een passende motorisering, die ze uiteindelijk in de Verenigde Staten vinden bij Buick. Het Amerikaanse merk heeft een aluminium V8-motor in de aanbieding, die oorspronkelijk werd ontwikkeld om speedboten aan te drijven. Aan deze kant van de grote plas overleeft hij talrijke naamsveranderingen en eigenaarswisselingen bij British Motor Corporation. Hij is vanaf 1967 onder de motorkap van diverse modellen te vinden en vindt in 2005 samen met MG Rover zijn Waterloo. Vijfendertig jaar daarvoor vormt hij de ideale motorisering voor de Range Rover, die in eerste instantie alleen als tweedeurs op de markt komt.
Een Range Rover van Monteverdi, dat al een vijfdeurs maakte voordat Land Rover het zelf deed.
Pas in 1981 officieel als vijfdeurs
Terwijl carrosseriebouwers als Monteverdi al snel vierdeurs versies van de Range Rover lanceren, ziet de Land Rover Leyland Group pas in 1981 kans om een dergelijke uitvoering in productie te nemen. Ook met facelifts is het bedrijf niet bepaald scheutig. Geen wonder dus dat ook het exemplaar uit 1990 dat op deze pagina te zien is nog gebruik maakt van de techniek van de vroege modellen. Al die tijd is onder de motorkap de V8 met Amerikaanse genen te vinden, die bij de latere Range Rover Classics wordt opgeboord van 3,5 naar 4,2 liter en dan goed is voor 202 pk. Het vermogen wordt permanent doorgegeven aan alle vier de wielen, waarbij een sperbaar middendifferentieel toerentalverschillen wegneemt. Voor inzet buiten de gebaande paden kun je bovendien vertrouwen op een lage gearing. Samen met de starre assen die een grote wieluitslag mogelijk maken, is hij daarmee goed bewapend voor offroadwerk, bijvoorbeeld voor de bosweg waarop wij met de Range aan het rijden zijn. Links naast ons loopt een rivier, rechts zien we een steile rotswand en voor ons doemt een serieuze helling op die bezaaid is met kiezels. We hoeven alleen maar even te stoppen, de automaat in N te zetten, de lage gearing te kiezen en de eerste versnelling in te leggen.
De V8 gromt even op het moment dat de twee ton zware auto zich in beweging zet. Vervolgens rijdt de auto simpelweg naar boven, keert boven en dendert de helling weer af op een manier alsof hij hem met de grond gelijk probeert te maken. De bestuurder kan zich daarbij het best zo weinig mogelijk met de gang van zaken bemoeien. Een beetje sturen en gas geven is voldoende, de rest wordt geregeld door de vierwielaandrijving en de automaat. In het terrein schakelt die overigens passender dan op asfalt. Onroad wacht de viertrapsautomaat lang met terugschakelen en schakelt hij veel te laat op. Bovendien gaat een groot deel van het motorvermogen verloren in de koppelomvormer. Dat verklaart ook het stabiele brandstofverbruik, dat zich eveneens op hoog niveau bevindt.
Het karakter van de achtcilinder past perfect bij deze auto. Die is vooral op comfort gericht, want sportieve ambities had de Range nooit. En bochten ziet hij als een noodzakelijk kwaad; de deftige Brit heeft hoofdzakelijk rechtlijnige opvattingen. Dat geldt ook voor de vormgeving – het licht ogende interieur is ingericht met krakende met leer beklede zetels en het instrumentarium lijkt op een soort kijkdoos. De bediening is soms behoorlijk verwarrend, terwijl de elektromotoren voor de stoelverstelling, raambediening en buitenspiegels hun beste tijd duidelijk achter zich hebben. Hij wordt wel oud op een stijlvolle manier, als was het een waxjas van Barbour. De Range Rover was niet de eerste luxe terreinwagen, maar wel de eerste luxe auto waarmee je het terrein in kon.
In 1994 kreeg de Range Rover een flinke opknapbeurt.
Comment