MERCEDES-BENZ VRC CONCEPT (1995)
In deze editie van De Vluchtstrook komt niet niet één, maar komen in feite vier verschillende auto's voorbij. Mercedes introduceerde in 1995 de Vario Research Car (VRC), een concept met vier verschillende carrosserievarianten op één chassis. Het studiemodel was onderdeel van een bredere visie van Das Haus.
Auto's zijn er in allerlei soorten en maten voor verschillende doeleinden. Vaak zie je dan ook dat mensen meerdere auto's op de oprit hebben staan: een stationwagon voor dagelijks gebruik en een cabrio voor in het weekend, om maar een voorbeeld te noemen. Mercedes-Benz dacht dat dit ook anders kon en introduceerde in 1995 op de Autosalon van Genève de VRC. Het idee achter deze concept was dat je nooit meer dan één auto nodig zou hebben. De VRC kon in een handomdraai 'omgebouwd' worden naar een coupé, stationwagon, cabrio of pick-up. Deze vorm van modulaire bouw was compleet nieuw en revolutionair te noemen.
Technologische proeftuin
De VRC Concept past qua ontwerp perfect in het gamma van Mercedes in de jaren 90. De coupéversie heeft wat zijn profiel betreft wel wat weg van de CLK, terwijl de stationwagon de C-stijl van de ML heeft. Uiteraard prijkt de ster fier op de neus. De achterlichten doen echter denken aan die van een Opel Vectra. De bekleding van het interieur kan qua kleuren en patronen haast niet méér nineties zijn. Voor de tijd zag het dashboard er echter behoorlijk futuristisch uit. Zo is er een centraal display aanwezig in het tellerhuis dat een melding geeft wanneer je te dicht op een voorganger rijdt of de snelheidslimiet overschrijdt. Het kleurenscherm op de middenconsole bevat een navigatiesysteem -revolutionair voor die tijd- en een uitgebreide boordcomputer die informatie geeft over onder meer de bandenspanning en het oliepeil.
Aan technologische vooruitstrevendheid geen gebrek in de VRC. Vandaag de dag zijn dit soort zaken eigenlijk pas gemeengoed in moderne auto's. De VRC diende tevens als een proefkonijn voor 'drive by wire'-technologie. Wat voor motor er in de VRC lag is niet bekend, maar de aandrijfkrachten werden in ieder geval op de voorwielen overgebracht via een cvt-automaat. Ook debuteerde Active Body Control in de concept-car. Deze actieve ophanging maakte later zijn opwachting in de CL. Het testen van deze technologie was niet primair waarvoor de VRC in het leven geroepen werd, en de gadgets in het interieur waren dat ook niet. Nee, de verschillende carrosseriestijlen op één platform vormden het unique selling point van dit studiemodel.
Een bredere visie
Je zou kunnen denken dat Mercedes opeens veel minder zou gaan verdienen wanneer mensen nog maar één auto nodig hebben, maar daar was een oplossing voor bedacht. Het idee was namelijk dat klanten de verschillende carrosserievarianten niet zelf in bezit zouden hebben. In plaats daarvan moesten ze naar speciaal opgerichte servicestations rijden waar de opzetstukken te huur waren. Daar konden de 'superstructures', zoals Mercedes ze noemt, in vijftien minuten worden gewisseld. Het systeem had een flexibele opzet, dus klanten konden zelf bepalen hoe lang ze hun gewenste variant nodig zouden hebben.
Monteurs zetten de gewenste carrosserie bij het servicepunt op het chassis, waarna een 'soft close'-mechanisme het vanzelf vast trekt. Met acht bevestigingspunten zitten ze stevig op hun plaats. De 'superstructures' waren gemaakt van CFRP, waardoor ze elk slechts tussen de 30 en 50 kg wegen. Dit materiaal was ondanks zijn lichtheid stevig genoeg om crashbestendig te kunnen zijn. Een centrale connector zorgt ervoor dat bijvoorbeeld de achterruitenwisser van de stationwagon-uitvoering wordt gekoppeld aan het elektrische circuit van de auto.
EXA was eerder
Het idee van 'vier auto's in één' heeft bij Mercedes zijn weg naar de markt niet gevonden. Er was echter een ander merk dat het wel aandurfde: Nissan. Het merk was zelfs flink eerder dan Mercedes, want de EXA verscheen al in 1986. De primair voor de Amerikaanse markt bedoelde Nissan was in de basis een coupé, maar kon door het knutselen met dak of achterklep worden omgetoverd tot een targa, een cabrio of een auto die met enige fantasie een stationwagen kan worden genoemd. Erg succesvol werd de auto niet, maar bijzonder is hij nog steeds.
In deze editie van De Vluchtstrook komt niet niet één, maar komen in feite vier verschillende auto's voorbij. Mercedes introduceerde in 1995 de Vario Research Car (VRC), een concept met vier verschillende carrosserievarianten op één chassis. Het studiemodel was onderdeel van een bredere visie van Das Haus.
Auto's zijn er in allerlei soorten en maten voor verschillende doeleinden. Vaak zie je dan ook dat mensen meerdere auto's op de oprit hebben staan: een stationwagon voor dagelijks gebruik en een cabrio voor in het weekend, om maar een voorbeeld te noemen. Mercedes-Benz dacht dat dit ook anders kon en introduceerde in 1995 op de Autosalon van Genève de VRC. Het idee achter deze concept was dat je nooit meer dan één auto nodig zou hebben. De VRC kon in een handomdraai 'omgebouwd' worden naar een coupé, stationwagon, cabrio of pick-up. Deze vorm van modulaire bouw was compleet nieuw en revolutionair te noemen.
Technologische proeftuin
De VRC Concept past qua ontwerp perfect in het gamma van Mercedes in de jaren 90. De coupéversie heeft wat zijn profiel betreft wel wat weg van de CLK, terwijl de stationwagon de C-stijl van de ML heeft. Uiteraard prijkt de ster fier op de neus. De achterlichten doen echter denken aan die van een Opel Vectra. De bekleding van het interieur kan qua kleuren en patronen haast niet méér nineties zijn. Voor de tijd zag het dashboard er echter behoorlijk futuristisch uit. Zo is er een centraal display aanwezig in het tellerhuis dat een melding geeft wanneer je te dicht op een voorganger rijdt of de snelheidslimiet overschrijdt. Het kleurenscherm op de middenconsole bevat een navigatiesysteem -revolutionair voor die tijd- en een uitgebreide boordcomputer die informatie geeft over onder meer de bandenspanning en het oliepeil.
Aan technologische vooruitstrevendheid geen gebrek in de VRC. Vandaag de dag zijn dit soort zaken eigenlijk pas gemeengoed in moderne auto's. De VRC diende tevens als een proefkonijn voor 'drive by wire'-technologie. Wat voor motor er in de VRC lag is niet bekend, maar de aandrijfkrachten werden in ieder geval op de voorwielen overgebracht via een cvt-automaat. Ook debuteerde Active Body Control in de concept-car. Deze actieve ophanging maakte later zijn opwachting in de CL. Het testen van deze technologie was niet primair waarvoor de VRC in het leven geroepen werd, en de gadgets in het interieur waren dat ook niet. Nee, de verschillende carrosseriestijlen op één platform vormden het unique selling point van dit studiemodel.
Een bredere visie
Je zou kunnen denken dat Mercedes opeens veel minder zou gaan verdienen wanneer mensen nog maar één auto nodig hebben, maar daar was een oplossing voor bedacht. Het idee was namelijk dat klanten de verschillende carrosserievarianten niet zelf in bezit zouden hebben. In plaats daarvan moesten ze naar speciaal opgerichte servicestations rijden waar de opzetstukken te huur waren. Daar konden de 'superstructures', zoals Mercedes ze noemt, in vijftien minuten worden gewisseld. Het systeem had een flexibele opzet, dus klanten konden zelf bepalen hoe lang ze hun gewenste variant nodig zouden hebben.
Monteurs zetten de gewenste carrosserie bij het servicepunt op het chassis, waarna een 'soft close'-mechanisme het vanzelf vast trekt. Met acht bevestigingspunten zitten ze stevig op hun plaats. De 'superstructures' waren gemaakt van CFRP, waardoor ze elk slechts tussen de 30 en 50 kg wegen. Dit materiaal was ondanks zijn lichtheid stevig genoeg om crashbestendig te kunnen zijn. Een centrale connector zorgt ervoor dat bijvoorbeeld de achterruitenwisser van de stationwagon-uitvoering wordt gekoppeld aan het elektrische circuit van de auto.
EXA was eerder
Het idee van 'vier auto's in één' heeft bij Mercedes zijn weg naar de markt niet gevonden. Er was echter een ander merk dat het wel aandurfde: Nissan. Het merk was zelfs flink eerder dan Mercedes, want de EXA verscheen al in 1986. De primair voor de Amerikaanse markt bedoelde Nissan was in de basis een coupé, maar kon door het knutselen met dak of achterklep worden omgetoverd tot een targa, een cabrio of een auto die met enige fantasie een stationwagen kan worden genoemd. Erg succesvol werd de auto niet, maar bijzonder is hij nog steeds.
Comment