Zo vroeg had Alfa Romeo al een hybride
Tien jaar vóór de Prius
De fraaie term Ibrida die de hybride Alfa Romeo Junior siert, gebruikt de Milanese fabrikant niet voor het eerst . Eind jaren 80 bouwde het merk op basis van de Alfa 33 drie prototypes met een hybride aandrijflijn, passend Ibrida genaamd.

Ansaldo … kennen we die naam nog? Even terug naar 2013, toen dit bedrijf als AnsaldoBreda berucht werd als bouwer van de door immense problemen geplaagde hogesnelheidstrein Fyra. Dezelfde fabrikant komt naar voren als we in de geschiedenis van de Alfa 33 Ibrida uit 1988 duiken. Dit experimentele model kwam voort uit een gezamenlijk project van dit bedrijf en Alfa Romeo, dat zich ten doel stelde om auto te bouwen met een belangrijk lager verbruik en minder uitstoot dan toen gebruikelijk was.
De methode was bepaald niet alledaags, omdat de bekende 1,5-liter boxermotor – voor de gelegenheid uitgerust met elektronisch geregelde inspuiting – gezelschap kreeg van een door Ansaldo gebouwde elektromotor van 16 pk en 60 Nm. De boxer was zo laag en compact, dat de elektromotor er bovenop paste. Een getande riem verbond hem met een handgeschakelde vijfbak, zodat de auto naar keuze kon worden aangedreven door de benzinemotor, de elektromotor of allebei. Om schade aan de aandrijflijn te voorkomen was de benzinemotor begrensd op 4.500 toeren.

Actieradius 5 km, Wagon voor de ruimte
Een andere beperking gold het elektrische rijden, want de actieradius bedroeg zegge en schrijve vijf kilometer, bij een topsnelheid van 60 km/h. Daar gniffelen we nu om, maar de 33 Ibrida kon zo toch heel wat stedelijk fileverkeer voor zijn rekening nemen, en dat in alle rust en stilte én zonder enige emissie. De keuze viel niet voor niets op de 33 Giardinetta, de stationwagon, omdat er ruimte nodig was voor de tachtig nikkel-cadmium accucellen (onder de laadruimte) én voor bagage; de Ibrida was nadrukkelijk een rol als taxi in Italiaanse steden toegedicht. De gewichtstoename was met 150 kilo een slok op een borrel voor de 33, die als reguliere 1.5 Giardinetta zelf maar 925 kilo op de schaal bracht. Positief was dat de carrosserie nauwelijks aanpassingen vergde voor alle hybride-toebehoren.

Al met al best een overtuigend geheel, dat om onduidelijke redenen nooit van de grond kwam. Stel je voor dat dat wel was gebeurd, tien jaar voordat de Toyota Prius zich aandiende. Hybride? Daarvoor moet je bij Alfa Romeo zijn, zouden we dan hebben gezegd. De pionier op dit gebied.
Alfa Romeo 33 Ibrida
Afmetingen (l x b x h) 4,14 x 1,61 x 1,34 m
Aandrijflijn hybride mild-hybride
Verbrandingsmotor 1,5-liter, 4-cil. boxer
Max. vermogen 70 kW/95 pk bij 4.500 tpm
Max. koppel 130 Nm bij 4.000 tpm
Topsnelheid 140 km/h
0-100 km/h g.o.
CO2-uitstoot g.o.
Prijs n.v.t.
Bron: Autoweek
Tien jaar vóór de Prius
De fraaie term Ibrida die de hybride Alfa Romeo Junior siert, gebruikt de Milanese fabrikant niet voor het eerst . Eind jaren 80 bouwde het merk op basis van de Alfa 33 drie prototypes met een hybride aandrijflijn, passend Ibrida genaamd.

Ansaldo … kennen we die naam nog? Even terug naar 2013, toen dit bedrijf als AnsaldoBreda berucht werd als bouwer van de door immense problemen geplaagde hogesnelheidstrein Fyra. Dezelfde fabrikant komt naar voren als we in de geschiedenis van de Alfa 33 Ibrida uit 1988 duiken. Dit experimentele model kwam voort uit een gezamenlijk project van dit bedrijf en Alfa Romeo, dat zich ten doel stelde om auto te bouwen met een belangrijk lager verbruik en minder uitstoot dan toen gebruikelijk was.
De methode was bepaald niet alledaags, omdat de bekende 1,5-liter boxermotor – voor de gelegenheid uitgerust met elektronisch geregelde inspuiting – gezelschap kreeg van een door Ansaldo gebouwde elektromotor van 16 pk en 60 Nm. De boxer was zo laag en compact, dat de elektromotor er bovenop paste. Een getande riem verbond hem met een handgeschakelde vijfbak, zodat de auto naar keuze kon worden aangedreven door de benzinemotor, de elektromotor of allebei. Om schade aan de aandrijflijn te voorkomen was de benzinemotor begrensd op 4.500 toeren.

Actieradius 5 km, Wagon voor de ruimte
Een andere beperking gold het elektrische rijden, want de actieradius bedroeg zegge en schrijve vijf kilometer, bij een topsnelheid van 60 km/h. Daar gniffelen we nu om, maar de 33 Ibrida kon zo toch heel wat stedelijk fileverkeer voor zijn rekening nemen, en dat in alle rust en stilte én zonder enige emissie. De keuze viel niet voor niets op de 33 Giardinetta, de stationwagon, omdat er ruimte nodig was voor de tachtig nikkel-cadmium accucellen (onder de laadruimte) én voor bagage; de Ibrida was nadrukkelijk een rol als taxi in Italiaanse steden toegedicht. De gewichtstoename was met 150 kilo een slok op een borrel voor de 33, die als reguliere 1.5 Giardinetta zelf maar 925 kilo op de schaal bracht. Positief was dat de carrosserie nauwelijks aanpassingen vergde voor alle hybride-toebehoren.

Al met al best een overtuigend geheel, dat om onduidelijke redenen nooit van de grond kwam. Stel je voor dat dat wel was gebeurd, tien jaar voordat de Toyota Prius zich aandiende. Hybride? Daarvoor moet je bij Alfa Romeo zijn, zouden we dan hebben gezegd. De pionier op dit gebied.
Alfa Romeo 33 Ibrida
Afmetingen (l x b x h) 4,14 x 1,61 x 1,34 m
Aandrijflijn hybride mild-hybride
Verbrandingsmotor 1,5-liter, 4-cil. boxer
Max. vermogen 70 kW/95 pk bij 4.500 tpm
Max. koppel 130 Nm bij 4.000 tpm
Topsnelheid 140 km/h
0-100 km/h g.o.
CO2-uitstoot g.o.
Prijs n.v.t.
Bron: Autoweek
Comment