Indien dit uw eerste bezoek is, check dan eerst de FAQ door op bovenstaande
link te klikken. Mogelijk moet u register
vooraleer u kan posten: klik op de 'registreren'-link hierboven om verder te gaan. Om berichten te lezen kiest u het forum dat u wenst te bezoeken in bovenstaande lijst.
Echt een knappe wagen. Ben nu niet echt "bezig" in deze hogere regionen van de autowereld. Maar de A5 kan mij wel bekoren (zowel coupé als nu deze cabrio)
30 maart 2009 | Tekst: Frank Jacobs Het zat eraan te komen; met het verschijnen van de Audi A5 werd het verscheiden van de A4 Cabrio onontkoombaar. Inmiddels is het zover, maar ach, het is maar een naam, want de A5 Cabriolet is vooral een A4 Cabrio. En om er toch nog een speciaal feestje van te maken, rijden we meteen de meest potente variant en kiezen we uit de rij beschikbare testauto’s een hemelsblauwe S5.
Het is in meerdere opzichten een verwarrend verhaal, de benaming van Audi’s nieuwe grote cabrio. Want de S5 die wij rijden, zou je technisch gezien eerder ‘S4 Cabrio’ moeten noemen. Waar de S5 Coupé zijn berijder vooralsnog verwent met acht cilinders, moet de open S5 het stellen met zes verbrandingskamers, net zoals de nieuwe S4. Dat klinkt als een stap terug en wanneer je puur naar de pk’s kijkt (333 stuks, 19 minder dan de Coupé), is het dat ook. Maar er zijn genoeg andere cijfers om het tegendeel te bewijzen. Het maximale vermogen is namelijk al bij lagere toerentallen beschikbaar en datzelfde geldt voor het (overigens gelijk gebleven) koppel van 440 Nm. Dat alles zorgt onder de streep voor betere prestaties en, in deze tijden ook steeds interessanter, een lager verbruik. En dat zul je niet alleen aan de pomp merken, het scheelt ook duizenden euro’s slurptax. Het enige concessie die je moet doen, betreft het geluid. De V6 klinkt, hoewel wat kunstmatig, zeker niet onaardig, maar de klanken van de zespitter vallen in het niet bij het geluid van de V8.
En ook voor wat betreft het uiterlijk zijn we geneigd van een A4 Cabriolet te spreken. Want het meest onderscheidende trekje van de A5-koets, die bloedmooie daklijn, is er bij de Cabrio afgeknipt. Dat is jammer, maar natuurlijk onvermijdelijk, en gelukkig is de A5 Cabrio nog steeds een plaatje van een auto, sterker nog, het is een schitterende sculptuur. We zijn allang blij dat Audi blijft vasthouden aan het stoffen cabriodak, en dat maakt de A5 in zijn klasse steeds onderscheidender. Kijk immers naar de concurrentie: de Volvo C70 en de BMW 3-serie Cabrio zijn inmiddels besmet met het CC-virus, een aandoening die onder meer overmatig vet in de bilstreek als symptoom heeft. Daarvan heeft de A5 Cabrio geen last, zodat de prachtige lijn behouden blijft, tot aan de rand van de achterbumper.
Natte wind
De softtop heeft niet alleen esthetische voordelen. Hij is bovendien sneller in- en uit te klappen. Dat kan bij de A5 Cabrio in respectievelijk 15 en 17 seconden en dat proces is ook rijdend, tot maximaal 50 km/h, uit te voeren. Ook laat een zachte kap meer kofferruimte toe dan een hardtop. In deze Audi is het schot tussen laadruimte en kap flexibel, zodat de kofferbak bij gesloten kap van 320 naar 380 liter kan worden vergroot. En als dat nog niet genoeg is, kan de rugleuning van de achterbank plat.
Aan het dashboard hebben de ontwerpers bij het openknippen van de A5 niets veranderd. Je wordt ook in de open variant getrakteerd op dat prachtige, uitstekend afgewerkte instrumentenpaneel. Het duurt wel even voordat je er de weg weet, want het doet qua complexiteit weinig onder voor de cockpit van een klein lijnvliegtuig. Opvallend goed is de zitpositie: de stoel kan heel laag, zodat je diep in de koets wegzakt en het gevoel hebt bijna met je achterwerk over het asfalt te schrapen. Die heerlijk sportieve zitpositie komt niet helemaal terug in het rijgedrag van de S5 Cabrio. Onze rij-impressie vangt aan in hartje Monte Carlo, maar we besluiten de drukte van de stad achter ons te laten en de bergen van het achterland in te gaan. Daar ligt de Col de Turini, met wat ons betreft één van de leukste passen van Europa. Het is een aaneenrijging van prachtige haarspeldbochten, een exercitie waarvoor de S5 wat aan de zware kant is. Ondanks de Quattro-vierwielaandrijving duikt hij tamelijk onderstuurd de bochten in, en op de rechte stukken komt de auto een stuk beter tot zijn recht. De S-Tronic-transmissie met dubbele koppeling heeft vanuit lage snelheid net wat te veel reactietijd nodig, maar algauw is het genieten van een enorme dot power in je rug en schakelmomenten die zo kort zijn, dat je de prachtige plofjes van de uitlaat nodig hebt om ze te herkennen. Ga je wat langer van het gas af, dan krijg je een salvo dat wel wat weg heeft van een natte wind. Alleen het geluid tussen die momenten door is wat te bescheiden voor een auto met dit potentieel. Zelfs wanneer we de volgende ochtend vroeg nog even de beroemde F1-tunnel in Monaco in rijden in de hoop daar voor het AutoWeek TV filmpje wat kippenvel op te nemen, valt het geluid ons wat tegen.
Sportstand
De auto is duidelijk meer op comfort gericht dan op sportief weggedrag, maar het optionele Audi Drive Select kan daar nog het een en ander aan veranderen. Het onderstel wordt er een flink stuk strakker door en ook het gevoel in het stuurwiel gaat er met sprongen op vooruit. We laten de auto de rest van de dag dan ook lekker in de sportstand staan.
Een van de fijne dingen van deze cabrio is dat hij ook ’s winters goed open te rijden is. Goed, op het moment dat we onze rit beginnen, staat de winterzon hoog aan de hemel en is het in Monaco een graadje of twaalf, dertien. Maar zodra we de bergen induiken, gaat de temperatuur snel omlaag en wanneer we de Col hebben bereikt, op 1.600 meter boven zeeniveau, staan we temidden van een pak sneeuw van meer dan twee meter. Maar geen enkel moment hebben we de behoefte de kap erop te zetten, de ramen houden je samen met het windschot vrijwel volledig uit de wind.
Kort samengevat valt er, afgezien van de ietwat afstandelijke rijbeleving, maar bar weinig op de S5 Cabrio aan te merken. Eigenlijk kleven er maar twee grote nadelen aan de auto. Hoewel de prijs nog niet bekend is, staat vast dat hij voor de meeste stervelingen niet zal zijn weggelegd. Bovendien komt hij pas in de herfst naar Nederland, zodat je een hele zomer genieten misloopt. Gelukkig zijn beide problemen met één oplossing te verhelpen: kies een A5 met bescheidener motorisering. De mindere goden zijn vanaf april, dus mooi aan het begin van de lente, leverbaar als 2.0 TFSI (211 pk), 3.2 V6 FSI (265 pk) of 3.0 TDI (240 pk). De versie met 2,0-liter benzinemotor heeft standaard voorwielaandrijving met handgeschakelde zesbak. De zescilinder is in de basis ook voorwielaangedreven, maar dan met traploze Multitronic-automaat. De 3.0 TDI heeft standaard Quattro-aandrijving en een S-Tronic-automaat. Later volgen de lichtste motoriseringen, een 180 pk sterke 2,0-liter TFSI en een 2,7-liter TDI met 190 pk.
Een "echte" autoliefhebber is voor mij iemand die alle soorten wagens kan waarderen.
2025 - BMW 1.20 (170 pk) - M Sport Pack Pro in Skyscraper Grau
Comment