Hier kan je nakijken wat mag en niet mag aangaande aanpassingen aan je voertuig.
Oorspronkelijk geplaatst door bron wegcode.be
Deze omzendbrief vervangt de omzendbrief van 15 februari 2006 betreffende sommige verbouwde voertuigen (cat. M1).
In het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 17 maart 2003 (hierna : K.B. van 15 maart 1968 ), wordt bepaald in artikel 3, § 3: “de ingebruikneming op de openbare weg van een chassis of een zelfdragend voertuig is verboden, wanneer dit laatste niet geheel overeenkomt met het type dat werd goedgekeurd ingevolge een aanvraag, ingediend door de in artikel 6 van hetzelfde besluit bedoelde personen.”.
Overeenkomstig artikel 13, § 2, van het K.B. van 15 maart 1968 wordt elke verbouwing van een voertuig waardoor het niet meer overeenstemt met het proces-verbaal van goedkeuring bekrachtigd met een getuigschrift waarbij afwijking wordt verleend van de erin vervatte gegevens. Wanneer de verbouwing echter wordt uitgevoerd door een andere persoon dan de constructeur of zijn gemachtigde, wordt het verzoek niet ingewilligd, tenzij met de toestemming van de constructeur of zijn gemachtigde.
Onder verbouwingen dient men vooral te verstaan, drastische ingrepen zoals aan de stuurinrichting, aan het ophangings-, emissie- of remsysteem of fundamentele ingrepen op het chassis of zelfdragend koetswerk die indruisen tegen het bestaande P.V.G. of C.O.C.
Deze omzendbrief heeft als doel de verbouwingen te omschrijven die niet als dusdanig worden aanzien en waarop bijgevolg artikel 13, § 2, van het K.B. van 15 maart 1968, niet van toepassing is. Voor deze verbouwingen is dan ook geen akkoord van de constructeur of diens gemachtigde vereist.
Deze omzendbrief is uitsluitend van toepassing op de voertuigen van de categorie M1.
De aanbieder van het voertuig deelt iedere in deze omzendbrief vermelde wijziging of verbouwing mee aan het keuringsstation.
Tijdens de periodieke of niet-periodieke keuring van het voertuig wordt de conformiteit van de gedane wijzigingen en verbouwingen aan de voorschriften van deze omzendbrief vastgesteld door aflevering door het bevoegde keuringsstation van een tuningrapport dat aan het overeenkomstig artikel 23decies, van het K.B. van 15 maart 1968 afgeleverde keuringsbewijs wordt gehecht.
Voor de afgifte van het tuningrapport geldt het tarief bedoeld in artikel 23undecies, 7°, van het K.B. van 15 maart 1968.
De in deze omzendbrief voorziene validatieprocedures beogen de vaststelling van de conformiteit van de verbouwingen of onderdelen aan de hand van een document dat aan het keuringsstation moet worden voorgelegd.
Er zijn drie soorten validatieprocedures:
a) een validatieprocedure voor e- of E-goedgekeurde onderdelen aan de hand van een homologatieattest;
b) een validatieprocedure voor niet-e- of E-goedgekeurde onderdelen, gevalideerd door een erkend labo of een erkende instelling, aan de hand van een validatieverslag;
c) een validatieprocedure voor sommige verbouwingen aan de hand van een montagehandleiding.
Het erkend labo vermeld in punt b) moet voldoen aan EN 17025 of EN 45004.
De erkende instelling vermeld in punt b) moet voldoen aan de volgende voorwaarden:
De basisprincipes die moeten worden nageleefd voor alle op basis van deze omzendbrief toegelaten wijzigingen en verbouwingen zijn:
1) Het buitenoppervlak van de voertuigen mag geen puntige of snijdende delen bevatten, noch naar buiten uitstekende delen die door hun vorm, afmetingen, richting of hardheid, het gevaar of de ernst van lichamelijk letsel voor een persoon die in geval van botsing door de carrosserie wordt getroffen of aangeraakt, kunnen vergroten.
2) Het buitenoppervlak van de voertuigen mag geen naar buiten uitstekende delen bevatten waaraan voetgangers, fietsers of motorrijders kunnen blijven haken.
3) De bestuurder moet een vrij uitzicht hebben, zonder belemmering door enigerlei voorwerp of opschrift.
4) De voertuigen moeten voorzien zijn van wielafschermingen (carrosseriedelen, spatborden, e.a.).
5) De binneninrichting van het voertuig mag geen gevaarlijke uitsteeksels of scherpe kanten bevatten die het gevaar voor of de ernst van verwondingen van de inzittenden kunnen verhogen in geval van botsing.
6) De onderdelen (knoppen, hendels, enz.) en oppervlakken waaraan de inzittenden zich kunnen stoten moeten voldoen aan de reglementaire krommingsstraal en oppervlakte.
7) De binnenkant van het dak mag in het deel boven of voor de inzittenden geen gevaarlijke uitsteeksels of scherpe kanten vertonen die naar achter of naar beneden zijn gericht.
8 )Het oppervlak van de achterzijde van de zitplaatsen mag geen gevaarlijke uitsteeksels of scherpe kanten vertonen die het gevaar voor of de ernst van verwondingen van de inzittenden kunnen verhogen.
9) Directe en indirecte verlichting mogen enkel op een privé-terrein worden gebruikt.
10) De originele motorkapsloten en draairichting van de motorkap dienen behouden te blijven.
Onverminderd de omzendbrief van 19 maart 2004 betreffende de verlaagde voertuigen (cat. M1), gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 19 maart 2004, zijn de hierna vermelde wijzigingen en verbouwingen toegelaten, mits naleving van de basisprincipes en onder de hierna bepaalde voorwaarden:
1) aanbrengen van tinten en folie op achterste zijruit - voorwaarden:
15) wegwerken van sleutelgat van deuren
16) verplaatsen van sleutelgat van deuren
17) vervangen van greep van klinken - voorwaarde:
25) aanbrengen van instrumentenfolie - voorwaarden:
38 ) monteren van veerpootbrug - voorwaarden:
Voor de met e- of E-goedgekeurde onderdelen verbouwde voertuigen wordt bij afwezigheid van het bijhorende homologatieattest een keuringsbewijs met een beperkte geldigheid van drie maanden uitgereikt.
Tot 1 september 2007 wordt voor de met niet-e- of E-goedgekeurde onderdelen waarvoor geen validatieverslag kan worden voorgelegd verbouwde voertuigen een keuringsbewijs met een normale geldigheid van twaalf maanden uitgereikt.
Vanaf 1 september 2007 krijgen deze voertuigen ofwel een keuringsbewijs met een normale geldigheid ofwel een keuringsbewijs met een beperkte geldigheid van vijftien dagen en krijgen de onderdelen respectievelijk ofwel een definitieve goedkeuring ofwel een definitief verbod.
De geldigheid van het keuringsbewijs kan worden verlengd tot op het ogenblik van de definitieve goedkeuring of het definitief verbod.
Leveranciers of producenten die onderdelen op de markt brengen die niet e- of E- zijn goedgekeurd en die overeenkomstig de bepalingen van deze omzendbrief aan een validatieprocedure zijn onderworpen dienen voorafgaandelijk contact op te nemen met de FOD Mobiliteit en Vervoer. Zij worden verzocht een volledig dossier over te maken. Op basis van dit dossier zal de FOD Mobiliteit en Vervoer oordelen of deze onderdelen al dan niet in aanmerking komen voor een validatieverslag.
Tot 1 september 2006 kunnen deze onderdelen zonder validatieverslag en onder verantwoordelijkheid van de leverancier of producent op de markt worden gebracht. Na 1 september 2006 krijgt elk niet-e- of E-goedgekeurd onderdeel dat op de markt wordt gebracht en dat overeenkomstig de bepalingen van deze omzendbrief aan een validatieprocedure is onderworpen en waarvoor geen validatieverslag kan worden voorgelegd of waarvoor geen volledig dossier aan de FOD Mobiliteit en Vervoer is overgemaakt een definitief verbod.
Vanaf 1 september 2007 krijgen voertuigen die met dergelijke onderdelen zijn uitgerust en die ter keuring worden aangeboden een keuringsbewijs met een beperkte geldigheid van vijftien dagen.
Zijn in elk geval verboden:
1) aanbrengen van tinten en folies op voorste zijruit en voorruit (uitgezonderd zonneband)
2) aanbrengen van zonneband op voorste zijruit
3) wegnemen van sluitmechanisme van koffer
4) wegnemen van greep van als passagiersdeur gebruikte koffer
5) wegnemen van sluitmechanisme van deuren
6) wijzigen van structuur van motorkap
7) wijzigen van afstand tussen motor en motorkap
8 )vervangen van motorkapscharnier
9) spoilers in materialen met lage absorptiegraad (aluminium, carbon, hout, enz.) (vanaf 1 september 2007, tenzij vermeld op eerder afgeleverd tuningrapport)
10) topchops
11) afzagen van origineel spatbord dat deel uitmaakt van dragende structuren
12) hinderen of onmogelijk maken van werking van airbag
13) verwijderen van airbag
14 driepuntsveiligheidsgordel vervangen door tweepuntsgordel
15) afdekken van signalisatie
16) monteren van NOS-fles
17) plaatsen van startknop
18 ) wegnemen van derde stoplicht
19) plaatsen van vierde stoplicht
20) bevestigen van wiel door middel van kit met centrale bevestiging
21) wijzigingen aan remsysteem
22) vergroten van spoor door middel van spoorverbreder
23) wijzigen of monteren van stabilisatorstangen
24) monteren van ander type ophangingsrubber
25) wijziging van diameter van uitgang van originele uitlaatdemper
26) monteren van versnellingsbak met andere overbrengingsverhoudingen
27) motortuning
28 ) monteren van niet-wegklapbare zetel vooraan in twee- en driedeursvoertuigen, tenzij achterbank en veiligheidsgordels verwijderd en verankeringspunten van achterbank definitief onbruikbaar
29) monteren van velgen met adapter los van velg
30) monteren van een stuurwiel met niet-vervormbare adapter
De bepalingen van deze omzendbrief zijn van toepassing vanaf 15 mei 2006.
Brussel, 18 april 2006
De Minister van Mobiliteit,
R. LANDUYT.
In het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 17 maart 2003 (hierna : K.B. van 15 maart 1968 ), wordt bepaald in artikel 3, § 3: “de ingebruikneming op de openbare weg van een chassis of een zelfdragend voertuig is verboden, wanneer dit laatste niet geheel overeenkomt met het type dat werd goedgekeurd ingevolge een aanvraag, ingediend door de in artikel 6 van hetzelfde besluit bedoelde personen.”.
Overeenkomstig artikel 13, § 2, van het K.B. van 15 maart 1968 wordt elke verbouwing van een voertuig waardoor het niet meer overeenstemt met het proces-verbaal van goedkeuring bekrachtigd met een getuigschrift waarbij afwijking wordt verleend van de erin vervatte gegevens. Wanneer de verbouwing echter wordt uitgevoerd door een andere persoon dan de constructeur of zijn gemachtigde, wordt het verzoek niet ingewilligd, tenzij met de toestemming van de constructeur of zijn gemachtigde.
Onder verbouwingen dient men vooral te verstaan, drastische ingrepen zoals aan de stuurinrichting, aan het ophangings-, emissie- of remsysteem of fundamentele ingrepen op het chassis of zelfdragend koetswerk die indruisen tegen het bestaande P.V.G. of C.O.C.
Deze omzendbrief heeft als doel de verbouwingen te omschrijven die niet als dusdanig worden aanzien en waarop bijgevolg artikel 13, § 2, van het K.B. van 15 maart 1968, niet van toepassing is. Voor deze verbouwingen is dan ook geen akkoord van de constructeur of diens gemachtigde vereist.
Deze omzendbrief is uitsluitend van toepassing op de voertuigen van de categorie M1.
De aanbieder van het voertuig deelt iedere in deze omzendbrief vermelde wijziging of verbouwing mee aan het keuringsstation.
Tijdens de periodieke of niet-periodieke keuring van het voertuig wordt de conformiteit van de gedane wijzigingen en verbouwingen aan de voorschriften van deze omzendbrief vastgesteld door aflevering door het bevoegde keuringsstation van een tuningrapport dat aan het overeenkomstig artikel 23decies, van het K.B. van 15 maart 1968 afgeleverde keuringsbewijs wordt gehecht.
Voor de afgifte van het tuningrapport geldt het tarief bedoeld in artikel 23undecies, 7°, van het K.B. van 15 maart 1968.
De in deze omzendbrief voorziene validatieprocedures beogen de vaststelling van de conformiteit van de verbouwingen of onderdelen aan de hand van een document dat aan het keuringsstation moet worden voorgelegd.
Er zijn drie soorten validatieprocedures:
a) een validatieprocedure voor e- of E-goedgekeurde onderdelen aan de hand van een homologatieattest;
b) een validatieprocedure voor niet-e- of E-goedgekeurde onderdelen, gevalideerd door een erkend labo of een erkende instelling, aan de hand van een validatieverslag;
c) een validatieprocedure voor sommige verbouwingen aan de hand van een montagehandleiding.
Het erkend labo vermeld in punt b) moet voldoen aan EN 17025 of EN 45004.
De erkende instelling vermeld in punt b) moet voldoen aan de volgende voorwaarden:
- V.Z.W. naar Belgisch recht;
- ISO 9001 : 2000 gecertificeerd.
De basisprincipes die moeten worden nageleefd voor alle op basis van deze omzendbrief toegelaten wijzigingen en verbouwingen zijn:
1) Het buitenoppervlak van de voertuigen mag geen puntige of snijdende delen bevatten, noch naar buiten uitstekende delen die door hun vorm, afmetingen, richting of hardheid, het gevaar of de ernst van lichamelijk letsel voor een persoon die in geval van botsing door de carrosserie wordt getroffen of aangeraakt, kunnen vergroten.
2) Het buitenoppervlak van de voertuigen mag geen naar buiten uitstekende delen bevatten waaraan voetgangers, fietsers of motorrijders kunnen blijven haken.
3) De bestuurder moet een vrij uitzicht hebben, zonder belemmering door enigerlei voorwerp of opschrift.
4) De voertuigen moeten voorzien zijn van wielafschermingen (carrosseriedelen, spatborden, e.a.).
5) De binneninrichting van het voertuig mag geen gevaarlijke uitsteeksels of scherpe kanten bevatten die het gevaar voor of de ernst van verwondingen van de inzittenden kunnen verhogen in geval van botsing.
6) De onderdelen (knoppen, hendels, enz.) en oppervlakken waaraan de inzittenden zich kunnen stoten moeten voldoen aan de reglementaire krommingsstraal en oppervlakte.
7) De binnenkant van het dak mag in het deel boven of voor de inzittenden geen gevaarlijke uitsteeksels of scherpe kanten vertonen die naar achter of naar beneden zijn gericht.
8 )Het oppervlak van de achterzijde van de zitplaatsen mag geen gevaarlijke uitsteeksels of scherpe kanten vertonen die het gevaar voor of de ernst van verwondingen van de inzittenden kunnen verhogen.
9) Directe en indirecte verlichting mogen enkel op een privé-terrein worden gebruikt.
10) De originele motorkapsloten en draairichting van de motorkap dienen behouden te blijven.
Onverminderd de omzendbrief van 19 maart 2004 betreffende de verlaagde voertuigen (cat. M1), gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 19 maart 2004, zijn de hierna vermelde wijzigingen en verbouwingen toegelaten, mits naleving van de basisprincipes en onder de hierna bepaalde voorwaarden:
1) aanbrengen van tinten en folie op achterste zijruit - voorwaarden:
- reflectiegraad maximum 15 % (enkel voor folies)
- doorzichtig
- twee achteruitkijkspiegels (buitenspiegels)
- reflectiegraad maximum 15 % (enkel voor folies)
- doorzichtig
- ondergrens van zonneband niet verder dan onderste lijn van originele tegen voorruit gedraaide zonneklep
- niet reflecterend
- zijdelingse sierstrips op deuren en drempels
- afdekkappen rond wielopeningen
- sierstrips op voor- en achterbumper
- sierstrips op voor- en achterlichten
- sierlijsten rond ruiten
- sierlijsten op achterdeur (koffer)
- dakrails
- emblemen op carrosserie
- emblemen in voorgrille
- antenne
- in midden of aan zijde van bestuurder
- niet buiten zijkant van voertuig
- onderrand minstens 30 cm boven wegdek
- voldoende verlicht
- verticaal of maximaal in hoek van 5° gekanteld
- goed leesbaar op afstand van 30 m
- e- of E-goedgekeurd
- uitstraling behoud originele kleur
- voldoen aan reglementaire eisen inzake plaatsing
- reglementair verplichte lichten aanwezig
- e- of E-goedgekeurd
- uitstraling behoud originele kleur
- voldoen aan reglementaire eisen inzake plaatsing
- reglementair verplichte lichten aanwezig
- automatische lichthoogteregeling
- koplampreinigingsinstallatie
- e- of E-goedgekeurd
- uitstraling behoud originele kleur
- voldoen aan reglementaire eisen inzake plaatsing
- reglementair verplichte lichten aanwezig
- e- of E-goedgekeurd
- uitstraling behoud originele kleur
- voldoen aan reglementaire eisen inzake plaatsing
- knipperfrequentie tussen 60 en 120 periodes per minuut
- behoud functionaliteit
- behoud minimale lichtsterkte
- e- of E-goedgekeurd
- montage volgens bepalingen van artikel 6.7 van het Reglement nr. 48 van Genève
- e- of E-goedgekeurd
- uitstraling behoud originele kleur
- aantal
- onderrand minimum 25 cm boven wegdek
- bovenrand maximum 120 cm boven wegdek
- uitstraling behoud originele kleur
- aantal
- werking enkel bij achteruitrijden
- onderrand minimum 25 cm boven wegdek
- bovenrand maximum 120 cm boven wegdek
- nummerplaat bij volledige duisternis goed zichtbaar op afstand van 30 m
- geen direct licht naar achteren
- wit
- statisch
15) wegwerken van sleutelgat van deuren
16) verplaatsen van sleutelgat van deuren
17) vervangen van greep van klinken - voorwaarde:
- niet raken aan sluitmechanisme
- niet wijzigen slot
- verwijderen van achterbank
- verwijderen van achterste veiligheidsgordels
- definitief onbruikbaar maken van verankeringspunten van achterbank
- behoud functionaliteit
- stevig en degelijk gemonteerd
- antislipbekleding in vorm van rubberuitsteeksels of geribbelde aluminium
- stevig en degelijk gemonteerd
- voldoende ruimte tussen pedalen
- gepaste zekering of ander gelijkwaardig systeem
25) aanbrengen van instrumentenfolie - voorwaarden:
- wijzerplaten goed leesbaar, zowel in donker als bij klaarlichte dag
- juiste graduatie van meettoestellen
- indicatielampjes goed zichtbaar
- geen aanleiding tot foute interpretatie van signalisatie
- voldoen aan bepalingen van K.B. van 15 maart 1968
- sluiting tankdop verzekerd
- niet raken aan ontluchtingsmechanisme
- materialen met een hoge absorptiegraad (polyester, plastiek, ABS, e.a.) (vanaf 1 september 2007)
- niet boven hoogste punt van dak (kofferspoilers)
- niet vastgelast aan de dragende structuren (dak- en raamspoilers)
- maximum 5 cm uitsteken voor bumper (voorspoilers)
- functionaliteit
- minimale lichtbundel
- minimale lichtbundel (vooraan)
- lichtsterkte niet lager dan minimale lichtsterkte (achteraan)
- minstens één
- veegoppervlak minstens gelijk aan of groter dan oorspronkelij
- niet raken aan mechanisme
- degelijk gemonteerd
- niet hinderen werking handrem
- e- of E-goedgekeurd
- voldoen aan voorschriften van verordening 1400/2002
- behouden van wettelijke afstand lichten
- naar binnen plooien van rand
- voldoende wielafscherming
- niet raken aan hefboomwerking
- degelijke montage
- geen scherpe of snijdende delen
38 ) monteren van veerpootbrug - voorwaarden:
- montage bovenaan en volgens handleiding, indien aanwezig
- stevig en degelijk gemonteerd
- e- of E-goedgekeurd
- validatieprocedure
- montage door middel van vervormbare adapter, indien van toepassing
- alle bedieningen goed bereikbaar
- snelheidsmeter en voornaamste signalisatie goed zichtbaar
- signaalhoorn bruikbaar
- montage op oorspronkelijke bevestigingspunten
- degelijke bevestiging
- geschikt voor voertuig
- compatibel met gordels en hun verankeringspunten
- validatieprocedure
- montage op oorspronkelijke bevestigingspunten
- stevig en degelijk gemonteerd
- geschikt voor voertuig
- compatibel met gordels en hun verankeringspunten
- validatieprocedure
- voldoen aan voorschriften van verordening 1400/2002
- maximaal zelfde aantal decibels als originele uitlaat
- normale emissietest mogelijk
- validatieprocedure
- maximaal zelfde aantal decibels als originele uitlaat
- normale emissietest mogelijk
- validatieprocedure
- motorkap heeft dezelfde vorm en afmetingen als de originele
- gebruik van originele scharnieren
- gebruik van originele sluit- en noodvergrendeling
- verzekeren van brandveiligheid
- validatieprocedure
- voertuig is niet langer dan 6 m
- geen koppelingsinrichting aanwezig
- in lijn van koetswerk
- niet raken aan dragende structuren
- behoud van afstand tussen motor en motorkap
- niet overschrijden maximale uitsparing
- geschikt voertuig
- validatieprocedure
- e- of E-goedgekeurd
- compatibel met verankeringspunten en zetel
- validatieprocedure
- achter voorste zetels
- verwijderen van achterbank en achterste veiligheidsgordels
- stevig en degelijk gemonteerd (niet gelast)
- geen invloed op integrale en functionele karakteristieken van personencompartiment
- validatieprocedure
- vaste adapter aan velg
- geschikt voertuig
- stevig en degelijk gemonteerd
- validatieprocedure
Voor de met e- of E-goedgekeurde onderdelen verbouwde voertuigen wordt bij afwezigheid van het bijhorende homologatieattest een keuringsbewijs met een beperkte geldigheid van drie maanden uitgereikt.
Tot 1 september 2007 wordt voor de met niet-e- of E-goedgekeurde onderdelen waarvoor geen validatieverslag kan worden voorgelegd verbouwde voertuigen een keuringsbewijs met een normale geldigheid van twaalf maanden uitgereikt.
Vanaf 1 september 2007 krijgen deze voertuigen ofwel een keuringsbewijs met een normale geldigheid ofwel een keuringsbewijs met een beperkte geldigheid van vijftien dagen en krijgen de onderdelen respectievelijk ofwel een definitieve goedkeuring ofwel een definitief verbod.
De geldigheid van het keuringsbewijs kan worden verlengd tot op het ogenblik van de definitieve goedkeuring of het definitief verbod.
Leveranciers of producenten die onderdelen op de markt brengen die niet e- of E- zijn goedgekeurd en die overeenkomstig de bepalingen van deze omzendbrief aan een validatieprocedure zijn onderworpen dienen voorafgaandelijk contact op te nemen met de FOD Mobiliteit en Vervoer. Zij worden verzocht een volledig dossier over te maken. Op basis van dit dossier zal de FOD Mobiliteit en Vervoer oordelen of deze onderdelen al dan niet in aanmerking komen voor een validatieverslag.
Tot 1 september 2006 kunnen deze onderdelen zonder validatieverslag en onder verantwoordelijkheid van de leverancier of producent op de markt worden gebracht. Na 1 september 2006 krijgt elk niet-e- of E-goedgekeurd onderdeel dat op de markt wordt gebracht en dat overeenkomstig de bepalingen van deze omzendbrief aan een validatieprocedure is onderworpen en waarvoor geen validatieverslag kan worden voorgelegd of waarvoor geen volledig dossier aan de FOD Mobiliteit en Vervoer is overgemaakt een definitief verbod.
Vanaf 1 september 2007 krijgen voertuigen die met dergelijke onderdelen zijn uitgerust en die ter keuring worden aangeboden een keuringsbewijs met een beperkte geldigheid van vijftien dagen.
Zijn in elk geval verboden:
1) aanbrengen van tinten en folies op voorste zijruit en voorruit (uitgezonderd zonneband)
2) aanbrengen van zonneband op voorste zijruit
3) wegnemen van sluitmechanisme van koffer
4) wegnemen van greep van als passagiersdeur gebruikte koffer
5) wegnemen van sluitmechanisme van deuren
6) wijzigen van structuur van motorkap
7) wijzigen van afstand tussen motor en motorkap
8 )vervangen van motorkapscharnier
9) spoilers in materialen met lage absorptiegraad (aluminium, carbon, hout, enz.) (vanaf 1 september 2007, tenzij vermeld op eerder afgeleverd tuningrapport)
10) topchops
11) afzagen van origineel spatbord dat deel uitmaakt van dragende structuren
12) hinderen of onmogelijk maken van werking van airbag
13) verwijderen van airbag
14 driepuntsveiligheidsgordel vervangen door tweepuntsgordel
15) afdekken van signalisatie
16) monteren van NOS-fles
17) plaatsen van startknop
18 ) wegnemen van derde stoplicht
19) plaatsen van vierde stoplicht
20) bevestigen van wiel door middel van kit met centrale bevestiging
21) wijzigingen aan remsysteem
22) vergroten van spoor door middel van spoorverbreder
23) wijzigen of monteren van stabilisatorstangen
24) monteren van ander type ophangingsrubber
25) wijziging van diameter van uitgang van originele uitlaatdemper
26) monteren van versnellingsbak met andere overbrengingsverhoudingen
27) motortuning
28 ) monteren van niet-wegklapbare zetel vooraan in twee- en driedeursvoertuigen, tenzij achterbank en veiligheidsgordels verwijderd en verankeringspunten van achterbank definitief onbruikbaar
29) monteren van velgen met adapter los van velg
30) monteren van een stuurwiel met niet-vervormbare adapter
De bepalingen van deze omzendbrief zijn van toepassing vanaf 15 mei 2006.
Brussel, 18 april 2006
De Minister van Mobiliteit,
R. LANDUYT.
Comment