Octaangetal
Het octaangetal van een brandstof is een maat voor kloptvastheid van deze brandstof. Maar wat is kloptvastheid nu? Bij benzinemotoren wordt het mengsel ontstoken. Wanneer de bougie en vonk geeft, vertrekt de verbranding vanuit de bougie en plaatst zich geleidelijk aan voort doorheen de verbrandingskamer. Indien de brandstof echter niet klopvast genoeg is, kan het gebeuren dat een deel van het mengsel vanzelf begint te verbranden nog voordat de verbranding gepassert is. We spreken dan van detoneren, kloppen of pingelen. Hierbij onstaan er grote drukpieken in de verbrandingskamer waardoor er onderdelen kapot gaan.
Tijdens WO I hadden veel vliegtuigmotoren last van pingelen, waardoor ze plots in stukken vaneen vlogen tijdens de vlucht, wat niet bepaald handig is. Vandaar dat er geopperd werd om de klopvastheid van de verschillende brandstoffen na te gaan en te vermelden. Deze klopvastheid moet natuurlijk duidelijk gekwantificeerd worden. Want indien de ene leverancier zegt dat de klopvastheid van zijn benzine “geweldig” is en een andere beweert dat zijn benzine een klopvastheid heeft die “mega-de-max” is, dan weet je nog niet veel meer.
Vandaar dat er een gestandaardiseerde test uitgevoerd wordt op een testmotor om de klopvastheid na tegaan. Hierbij wordt de klopvastheid van de te testen brandstof vergeleken met twee referentiebrandstoffen: iso-octaan en n-heptaan. Indien de te testen brandstof dezelfde klopvastheid als een mengsel van 95% iso-octaan en 5% n-heptaan dan heeft deze brandstof een octaangetal van 95.
Het zou natuurlijk té eenvoudig zijn geweest indien er maar één gestandaardiseerde test zou bestaan. Zoals je al kunt raden bestaan er verschillende testen. De twee meest gebruikte testen zijn de RON (Research Octane Number)-test en de MON (Motor Octane Number)-test. Beide tests worden bij verschillende omstandigheden (temperatuur, toerental) uitgevoerd. De MON-test is een zwaardere test, met als gevolg dat een brandstof een lagere MON-waarde als RON-waarde heeft.
In Europa gebruiken we de RON. In motorsport wordt de MON gebruikt. In de VS en Canada wordt nog een andere aanduiding gebruikt, met name de PON (Pump Octane Number) of RdON (Road Octane Number). Beiden zijn het gemiddelde van de RON en MON-waarde van de brandstof. MON en PON waardes liggen lager dan de RON. Zo heeft bijvoorbeeld een brandstof met 95 RON, een MON van 87 en PON van 91.
Kan een octaangetal groter dan 100 zijn? Ja dat kan, er zijn nu eenmaal brandstoffen die klopvaster zijn dan iso-octaan, denk maar aan ethanol. De testen worden tegenwoordig bijgestaan door een computer, dus men kan makkelijk de resultaten extrapoleren waardoor men ook correcte klopvastheidsbepalingen kan doen van brandstoffen met een octaangetal groter dan 100.
Welke invloed heeft het octaangetal op je motor? Huidige benzinemotoren zijn voorzien van een klopsensor die afhankelijk van de klopvastheid van de benzine het ontstekingstijdstip aanpast. Tank je benzine met een lagere klopvastheid dan verlaat te motor het ontstekingstijdstip waardoor je wat aan rendement (vermogen of verbruik) moet inboeten. Ga je hier iets van merken? Indien je geen performante motor hebt zul je hoogstwaarschijnlijk geen verschil voelen. Let wel op, sommige motoren zijn ontworpen met het gebruik van een brandstof met hoog octaangetal in gedachte! Neem hiervoor even een kijkje in de handleiding van je auto.
Het octaangetal van een brandstof is een maat voor kloptvastheid van deze brandstof. Maar wat is kloptvastheid nu? Bij benzinemotoren wordt het mengsel ontstoken. Wanneer de bougie en vonk geeft, vertrekt de verbranding vanuit de bougie en plaatst zich geleidelijk aan voort doorheen de verbrandingskamer. Indien de brandstof echter niet klopvast genoeg is, kan het gebeuren dat een deel van het mengsel vanzelf begint te verbranden nog voordat de verbranding gepassert is. We spreken dan van detoneren, kloppen of pingelen. Hierbij onstaan er grote drukpieken in de verbrandingskamer waardoor er onderdelen kapot gaan.
Tijdens WO I hadden veel vliegtuigmotoren last van pingelen, waardoor ze plots in stukken vaneen vlogen tijdens de vlucht, wat niet bepaald handig is. Vandaar dat er geopperd werd om de klopvastheid van de verschillende brandstoffen na te gaan en te vermelden. Deze klopvastheid moet natuurlijk duidelijk gekwantificeerd worden. Want indien de ene leverancier zegt dat de klopvastheid van zijn benzine “geweldig” is en een andere beweert dat zijn benzine een klopvastheid heeft die “mega-de-max” is, dan weet je nog niet veel meer.
Vandaar dat er een gestandaardiseerde test uitgevoerd wordt op een testmotor om de klopvastheid na tegaan. Hierbij wordt de klopvastheid van de te testen brandstof vergeleken met twee referentiebrandstoffen: iso-octaan en n-heptaan. Indien de te testen brandstof dezelfde klopvastheid als een mengsel van 95% iso-octaan en 5% n-heptaan dan heeft deze brandstof een octaangetal van 95.
Het zou natuurlijk té eenvoudig zijn geweest indien er maar één gestandaardiseerde test zou bestaan. Zoals je al kunt raden bestaan er verschillende testen. De twee meest gebruikte testen zijn de RON (Research Octane Number)-test en de MON (Motor Octane Number)-test. Beide tests worden bij verschillende omstandigheden (temperatuur, toerental) uitgevoerd. De MON-test is een zwaardere test, met als gevolg dat een brandstof een lagere MON-waarde als RON-waarde heeft.
In Europa gebruiken we de RON. In motorsport wordt de MON gebruikt. In de VS en Canada wordt nog een andere aanduiding gebruikt, met name de PON (Pump Octane Number) of RdON (Road Octane Number). Beiden zijn het gemiddelde van de RON en MON-waarde van de brandstof. MON en PON waardes liggen lager dan de RON. Zo heeft bijvoorbeeld een brandstof met 95 RON, een MON van 87 en PON van 91.
Kan een octaangetal groter dan 100 zijn? Ja dat kan, er zijn nu eenmaal brandstoffen die klopvaster zijn dan iso-octaan, denk maar aan ethanol. De testen worden tegenwoordig bijgestaan door een computer, dus men kan makkelijk de resultaten extrapoleren waardoor men ook correcte klopvastheidsbepalingen kan doen van brandstoffen met een octaangetal groter dan 100.
Welke invloed heeft het octaangetal op je motor? Huidige benzinemotoren zijn voorzien van een klopsensor die afhankelijk van de klopvastheid van de benzine het ontstekingstijdstip aanpast. Tank je benzine met een lagere klopvastheid dan verlaat te motor het ontstekingstijdstip waardoor je wat aan rendement (vermogen of verbruik) moet inboeten. Ga je hier iets van merken? Indien je geen performante motor hebt zul je hoogstwaarschijnlijk geen verschil voelen. Let wel op, sommige motoren zijn ontworpen met het gebruik van een brandstof met hoog octaangetal in gedachte! Neem hiervoor even een kijkje in de handleiding van je auto.
Comment