Indien dit uw eerste bezoek is, check dan eerst de FAQ door op bovenstaande
link te klikken. Mogelijk moet u register
vooraleer u kan posten: klik op de 'registreren'-link hierboven om verder te gaan. Om berichten te lezen kiest u het forum dat u wenst te bezoeken in bovenstaande lijst.
Een terugblik op een concept waaruit de Vel Satis is voortgekomen ...
Als je de naam Renault Talisman hoort, denk je aan de huidige concurrenten van de Passat of de Mondeo. Dit is natuurlijk volkomen normaal, want zo verscheen de Talisman voor het eerst in het openbaar en als productievoertuig. Maar de naam verscheen al veel eerder in een concept uit 2001...
Geïnspireerd door het concept Renault Initiale Paris uit 1995, werd de talisman geïntroduceerd onder leiding van hoofdontwerper Patrick Le Quement. Het voertuig vierde zijn première voor een publiek op de IAA in Frankfurt am Main.
Een "echte" autoliefhebber is voor mij iemand die alle soorten wagens kan waarderen.
2018 - Mercedes A200 (163 pk) AMG-line in Iridium Zilver
Wat begint als een compacte viercilinder voor een Franse gezinsauto schopt het tot vuurspugende krachtbron in het WK Rally, bewijst zich tijdens de 24 Uur van Le Mans en blijkt zelfs voor Ford van levensbelang in Zuid-Amerika. O, en laten we onze eigen Dafjes niet vergeten. Wat is de link?
Eind jaren 50 start Renault met de ontwikkeling van de R8. Vertrekpunt is de basisarchitectuur van de Dauphine. De nog uit de 4CV stammende motor wordt echter snel overboord gezet ten faveure van een ontwerp van ingenieur René Vuaillat (de latere baas van Renault Gordini). Het wordt een 956 cc grote viercilinder die nog net in aanmerking komt voor de Franse belastingcategorie van 5 CV. Desalniettemin houdt Vuaillat er al rekening mee om indien nodig de cilinderinhoud te vergroten. Het cilinderblok wordt opgetrokken uit gietijzer en de cilinderkop uit aluminium. Opvallend is de hoog in het blok geplaatste nokkenas die met korte stoterstangen de kleppen bedient. O, en waar de 4CV-motor nog gewoon een driemaal gelagerde krukas heeft, krijgt de krukas van de tot Sierra gedoopte nieuweling vijf lagers, vrij uniek voor die tijd.
Renault Floride
Zijn debuut maakt de Sierra in maart 1962 tijdens de autosalon van Genève achterin de gefacelifte Renault Floride. Met een vermogen van 48 pk uit 956 cc weet de Sierra het wagentje op te jagen tot een maximumsnelheid van 135 km/h. De R8 zelf wordt pas op 22 juni 1962 in het Palais du Sport in Parijs aan het publiek voorgesteld. Overigens wordt de motor al snel omgedoopt tot Cléon; om de doodeenvoudige reden dat hij in Renaults fabriek te Cléon wordt geproduceerd. De aanvankelijk bescheiden Cléon-motor blijkt een prima uitgangspunt voor grotere prestaties. Amédée Gordini voorziet de motor van een cilinderkop met hemisferische verbrandingsruimtes. Daarmee stijgt het vermogen tot 90 pk. Een jaar later vergroot Renault de boring van de Cléon en neemt de cilinderinhoud toe tot 1.108 cc.
Met uiteenlopende prestaties vindt de motor door de jaren heen zijn weg naar tal van compacte Renaults, en niet alleen de brave versies. Het blok leent zich ook prima als basis voor competitiedoeleinden. René Bonnet gebruikt hem tijdens de 24 Uur van Le Mans en Renaults competitieafdeling weet er achterin het dikke Renault 5 Turbo-rallymonster (inmiddels tot 1,4 liter gegroeid) tot 385 pk uit te persen. Overigens heet die motor dan al geen Cléon meer. Vanaf 1965 rolt in Cléon namelijk ook de grote Renault 16-motor met een aluminium blok van de band, die wordt Cléon-Alu genoemd en de kleine Cléon heet voortaan Cléon-Fonte (fonte is Frans voor gietijzer). Al is ook die naam maar tijdelijk: vanaf eind jaren 60 wordt de Cléon-Fonte door Renault aangeduid als de C-motor. Het is in dezelfde periode dat Daf vervanging zoekt voor de tweecilinder boxermotor en bij Renault terechtkomt. Dit resulteert in 1967 tot de introductie van de Daf 55, later krijgt ook de 66 de C-motor. Onder Volvo-regie krijgt ook de 343 een C-motor, de 1,4-literversie die in Born door het leven gaat als de B14.
Daf 55
In de Renault 12 begint de C-motor aan een serieuze wereldreis. Allereerst bouwt het Roemeense Dacia de R12 met de C-motor in licentie. Daarnaast is het de bedoeling dat de R12 door Willys-Overland in Brazilië geproduceerd gaat worden. Echter, in 1967, wanneer R12 nog in de steigers staat, wordt Willys do Brasil overgenomen door Ford do Brasil, inclusief de blauwdrukken voor de Braziliaanse variant van de R12. Die wordt door Ford uitgewerkt tot de Corcel, met onder de motorkap … de gietijzeren Cléon-viercilinder. Het blijkt een robuuste basis voor een keur aan varianten, tot een cilinderinhoud van 1,6 liter aan toe. Met een nieuw ontworpen cilinderkop gaat de motor bij Ford vanaf 1983 door het leven als de CHT (Compound High Turbulence) en wordt-ie onder andere in de Escort XR3 gebruikt (op ethanol!). Via het Autolatina-samenwerkingsproject belandt de CHT zelfs bij Volkswagen.
Ford Corcel
Begin jaren 80 maakt de nog altijd goedkoop te produceren C-motor een draai van 90 graden en staat hij plotseling dwars voorin, als eerste in de Renault 9 (Auto van het Jaar in 1982). Zelfs in de R19 en de grote R21 doet de C-motor dienst. Tijd voor pensioen? Nee, nog niet: nieuwe motoren voor de Twingo en Clio blijken mede door hun bovenliggende nokkenas te hoog te zijn. Zodoende wordt het leven van de compacte C-motor bij Renault nog even gerekt tot december 1996. Of nou ja, als stoterstangmotor. De nieuwe Energy-motor die in de R19 debuteert en later zal evolueren tot de K-motor in de eerste Mégane, is niets anders dan een C-blok met een nieuwe cilinderkop met bovenliggende nokkenas. Voor de C-motor met stoterstangen valt pas in 2004 het doek wanneer bij Dacia in Roemenië het laatste exemplaar van de band rolt. De teller voor de Sierra, Cléon, Cléon-Fonte dan wel de C-motor staat dan op 27.277.306 exemplaren.
Renault Twingo
Een "echte" autoliefhebber is voor mij iemand die alle soorten wagens kan waarderen.
2018 - Mercedes A200 (163 pk) AMG-line in Iridium Zilver
De Renault 4 bestaat dit jaar 60 jaar en dat moet gevierd worden. Renault doet dat op geheel eigen wijze door de Suite N°4 uit de hoge hoed te toveren.
Renault heeft wel iets met rijdende slaapplekken. Eerder dit jaar kwam het merk onder meer met de Hippie Caviar Hotel, een op de Trafic gebaseerde showauto met een eigenwijs interieur en een zitgelegenheid op het dak. Ditmaal komt Renault met de Suite N°4, een door de Franse industrieel ontwerper Mathieu Lehanneur getekende showauto op basis van de Renault 4 waarin je tevens de nacht kunt doorbrengen.
De Renault Suite N°4 is volgens zijn scheppers een eerbetoon aan de R4, Renaults in 1961 gepresenteerde antwoord op auto's als de Citroën 2CV. De Suite N°4 heeft een optisch opengewerkte achterkant die uit transparante kunststof panelen bestaat. Het dak van de Suite N°4 is bedekt met doorzichtige zonnepanelen en dienen onder meer om het accupakket op te laden. Inderdaad, de Renault Suite N°4 heeft geen kleine viercilinder, maar een elektrische aandrijflijn. De eigenwijze showauto heeft een dichte grille van gekreukeld aluminium terwijl de lak van de Suite N°4 de auto een betonachtige uitstraling heeft.
Het interieur is volgens Renault afgewerkt met geel fluweel, al zijn zaken als de achterkant van de stoelen met een grovere stof bekleed. Onderaan de achterzijde zien we een schuiflade waar je volgens Renault enigszins beschut op kunt zitten als de achterklep is geopend.
Renault 4ever (patentbeeld)
Nieuwe Renault 4
Het hoe en waarom van de ze Suite N°4 is eenvoudig te verklaren. De Renault 4 bestaat dit jaar 60 jaar en de Fransen lijken die auto nog even opnieuw onder de aandacht te willen brengen alvorens op termijn met een moderne incarnatie van de oer-4 te komen. Renault komt namelijk niet alleen met een elektrische herboren 5, maar ook met een EV die het 4ever heeft genoemd. Die Renault 4ever konden we je eerder al op patentbeeld vanuit alle hoeken laten zien. De 4ever komt waarschijnlijk pas na de elektrische 5 op de markt, die staat op zijn beurt voor 2024 op de rol.
Een "echte" autoliefhebber is voor mij iemand die alle soorten wagens kan waarderen.
2018 - Mercedes A200 (163 pk) AMG-line in Iridium Zilver
Comment